De kinderen van het paradijs

Tijdens het afgelopen weekend heeft Mrs. T. niet alleen veel gedaan, maar ook veel gelezen. Heerlijk is dat, je verliezen in een boek.

Mrs. T.’s eerste kennismaking met Marianne Fredriksson was eigenlijk niet zo’n succes. Mrs. T. las het boek ‘Anna, Hanna en Johanna’ en het kon haar toen niet bekoren. Maar dat is inmiddels acht jaar geleden, dus wellicht verdient het boek een herkansing.

De kinderen van het paradijs is een heel mooi boek. Een wijs boek ook, dat gevoel overheerst bij het lezen van dit boek. Wat een wijsheid, wat een mooie zinnen.

Het boek is een trilogie rond Eva, Kaïn en Norea. In het eerste boek vertelt Marianne Fredriksson over hoe Eva zich voor bezinning in de bergen terugtrekt nadat haar zoon Kaïn zijn jongere broer Abel heeft vermoord. Het tweede boek verhaalt over hoe Kaïn zich niet kan bevrijden van het schuldgevoel dat diep vanbinnen aan hem knaagt. In deel drie wordt Norea, de Kleine Zus dochter van Eva en Adam, gevolgd.

Mrs. T. wil een aantal stukjes uit het boek aan jullie voorleggen. Ze is benieuwd wat jullie ervan vinden.

Wanneer je je zorgen maakt om je kinderen, beeld je je immers in dat je dat uit liefde doet, dat de ongerustheid voortkomt uit liefde, maar misschien komt de ongerustheid eerder voort uit de angst om kwijt te raken. Je bent niet bang voor de ander, maar voor je eigen verdriet.

Het kind vloog over de velden. Op de wind leek ze, niet begrensd, onberekenbaar en vol van de groene vreugde van de aarde. Ze was nog zo goed als niemand, daarom was ze zo goed als alles. … Het kind was nog niet onderworpen aan de tijd.

Denk niet dat je al deze kwade gevoelens zelf bent. Je hébt ze alleen maar. Alleen als je bang voor ze wordt, kunnen ze macht over je krijgen.

Ik heb geleerd dat je, om echt goed met een kind te kunnen omgaan, net zo moet zijn als het kind zelf. Je moet de nieuwsgierigheid en het plezier uit je eigen kindertijd bewaard hebben.

Het zijn de woorden die ons begrenzen. Dat was een provocatie, ze zocht de discussie … Maar hij geloofde, zei hij, dat de gedachte een langere weg te gaan had dan wij begrepen, en dat de woorden die we uiteindelijk vonden om die gedachten mee uit te drukken maar een magere weergave waren van een lang en moeizaam werk. … De waarheid is nooit in woorden te vangen. Het is net alsof er een wezenlijk verschil bestaat tussen de werkelijkheid en onze manier om die werkelijkheid weer te geven.

Mrs. T. zou nog heel veel meer stukjes uit het boek neer kunnen typen. Feit is dat dit boek haar gegrepen heeft.

Wat vind je van de citaten die Mrs. T. hier heeft geplaatst en is er wellicht een boek (of zijn er citaten) die eenzelfde uitwerking op jou hebben gehad?

Dubben

Mrs. T. is gek op haar kleinste mensje. Laat daar geen ekele twijfel over bestaan! Sinds Kleine Zus in ons leven is gekomen genieten we met volle teugen van de kleine dame. Vanaf het moment echter dat zij ontdekte over een eigen ‘ik‘ te beschikken is het af en toe zwaar aanpoten.

Wat een temperament heeft het dametje! Het meisje kan van himmelhoch jauchzend binnen enkele ogenblikken zum Tode bedrüht zijn. En lees voor dat zum Tode dan vooral vervelend, jengelig en humeurig.

Haar eigen ‘ikje’ toont zich vooral in een ontzettende ijver omte eten, zelf te bepalen wanneer ze naar buiten wil (bij voorkeur als mama dat niet wil), precies dat speelgoed te willen waar Grote Zus mee speelt, mama’s rechterbeen te tonen hoeveel ze wel niet van dat been houdt, dat eventueel ook nog richting linkerbeen te laten zien (hoewel rechts favoriet is), een enorme zielig gezicht (met bijbehorende huil) te trekken wanneer zij niet haar zin krijgt, overal op te klimmen en zich zonder enige aarzeling van het beklommene af te storten en nog heel veel dingen waar meisjes van ruim 20 maanden zo druk mee zijn.

Het moeilijkst vindt Mrs. T. de grenzeloze affectie die Kleine Zus voor haar mama toont. Het meisje kan de hele dag zonder problemen en volmaakt tevreden doorbrengen, als mama thuis komt van het werk is er nog maar één favoriet. Dat uit zich door zo ongeveer in mama te kruipen en vanaf dat moment luidkeels te protesteren als iets niet gaat zoals de kleine dame in haar hoofdje had.

Mrs. T. vindt dat erg vermoeiend. Heel erg vermoeiend zelfs. Zeker (of vooral?) nu Mrs. T. de laatste tijd niet zo lekker in haar vel zit is deze vorm van moederverering af en toe meer dan Mrs. T. kan hebben. En daar baalt Mrs. T. dan weer van. Van die gevoelens. Van zulke gevoelens over dat zo verschrikkelijk gewenste kindje. Mrs. T. troost zich dan met de gedachte dat heel veel papa’s en mama’s vast en zeker wel ‘ns last hebben van dit soort gedachten. Toch?

En waar dubt Mrs. T. dan over? Over het komende weekend. Dan staat een weekendje Bergen op Zoom op de planning. Met z’n viertjes. Tenminste, dat is de planning. Maar stiekem, heel stiekem, zou Mrs. T. eigenlijk liever met z’n drietjes gaan. Met Mr. T. en Grote Zus. Gewoon, om ‘ns een keer echt te relaxen en de dingen te doen die niet zo gemakkelijk te doen zijn met een kleine, eigenwijze dreumes in het kielzog. Oma heeft aangegeven dat zij en opa met alle liefde een weekend op Kleine Zus willen passen. Het zou dus zomaar kunnen dat we met z’n drietjes naar Bergen op Zoom vertrekken …

Herken jij dergelijke gevoelens en hoe ging je daarmee om? 

Wakkerwijsfee (deel 2)

PANIEK.

dit verhaal gaat over een

meisje. ze was niet wijs

maar altijd moe! maar

op een dag in deel 1 verandert

dat. de wakkerwijsfee kwam

en hat haar omgettovert in

een lief wakker en wijs meisje

maar je moet een paar uur

gedult hebben. omdat ze een

paar uur flauw ligt. en de

papa en mama weeten niet

wat er aan de hant is!

dus ze raken in paniek!

en vragen aan de wakkerwijs

fee wat moeten we nu doen?

een paar uur wachten

dan wort ze wakker. de

papa en mama waren gerust

gestelt. en dan moet ik zeggen

tot in deel 3!

Het is wel ontzettend spannend tot nu toe vinden jullie niet? Grote Zus heeft inmiddels wel enigszins last van een heus writersblock, dus of deel 3 echt zal volgen…

Voetreflex (1e keer)

Mrs. T. heeft spierpijn. Of iets in die trant. Pijnlijke schouders en armen. Opgelopen tijdens haar eerste sessie bij de voetreflextherapie.

Afgelopen woensdagavond was het dan (eindelijk) zover. Om 20.00 uur meldt een toch wel enigszins zenuwachtige Mrs. T. zich bij de therapeute (laten we haar Nel noemen). Wat volgt is een dikke drie uur praten, onderzoek en massage.

De massage was heerlijk en het praten met een wildvreemde over al die zaken die Mrs. T. ‘dwars’ zitten was een grote opluchting. Raar is dat eigenlijk, dat je je wellicht niet bewust druk maakt over dingen, maar dat het er schijnbaar wel is. En dat die stress zich, in Mrs. T.’s geval, uit in lichamelijke klachten.

Het onderzoek van de voeten was interessant en Mrs. T. is verbaasd over wat Nel allemaal ziet aan haar voeten (en dat ook nog klopt). Ook raar is dat je je zelf niet zo bewust bent van je eigen voeten. Mrs. T. vond ze altijd prima (dat zijn ze nog steeds hoor), maar echt goed bekeken heeft ze ze niet. Aan de onderkant van haar voeten zit blijkbaar veel vocht (nooit geweten, nooit last van gehad) en daaronder zitten verkrampingen. Ook het gebied rond en net boven de enkels (het emotiedeel, u ziet, Mrs. T. heeft goed opgelet!) schijnt vol verkrampingen te zitten.

En die verkrampingen, daar komen lichamelijke klachten van, steken hier, krampjes daar. Gevolg is dat Mrs. T. zich daar dan weer druk over maakt en het logische gevolg daarvan is weer dat er meer lichamelijke klachten komen etcetera, etcetera.

Volgens Nel is er lichamelijk niets ernstigs met Mrs. T. aan de hand en dat is natuurlijk goed om te horen. Maar om dan te moeten horen dat je lijf boordevol (weliswaar onbewuste) stress zit is toch ook niet tof eigenlijk. Want zo ziet Mrs. T. zichzelf niet, als een stresskippetje. Mrs. T. meent namelijk dat ze een gezonde dosis zelfvertrouwen en zelfkennis heeft. Waar Nel overigens ook niet aan tornt.

Omdat de verkramping behoorlijk stevig verankerd is, krijgt Mrs. T. een heerlijke (zogenaamde) zachte massage van Nel. Het idee daarachter is dat de energie in Mrs. T.’s lijf weer begint te stromen en dat naar aanleiding daarvan de verkramping minder wordt. Een resultaat van deze massage is, dat Mrs. T.’s lijf de komende week extra veel klachten zal (kan) geven omdat er ‘iets in gang is gezet’. Mmm, klinkt wat vaag, maar klopt dus wel. Mrs. T. houdt zich vast aan het feit dat Nel haar gewaarschuwd heeft voor deze reactie(s).

Tijdens de massage voelt Mrs. T. haar lijf zwaar worden, echt zwaar, net alsof ze door de stoel heen zal vallen. Een raar, maar ook wel lekker gevoel. Behalve in haar armen, schouders dan, die doen gewoon pijn.

Na de massage krijgt Mrs. T. de gelegenheid om te praten over haar leven. En dat doet ze! Man, wat lucht dat op. Van alles vertelt Mrs. T.: van haar zorgen om de meisjes, de kwetsbaarheid die ze voelt om de mensen van wie ze houdt, over haar jeugd, over haar leven met O en over de situatie van O nu, over de ziekte van haar moeder, over haar jeugd, over uitstrijkjes die niet goed zijn, over miskramen, over de zwangerschap van Kleine Zus, over haar ontslag, over de relatie met haar ouders, over werken, over de zorgen die Mrs. T. heeft over de wereld waarin we leven, over verharding/agressie van de maatschappij, over het ontbreken van een band met haar schoonouders, over de zorgen die ze heeft over Mr. T. (kan hij het allemaal behappen met z’n moeder en een tobbende Mrs. T.), over de scheiding van W en E en nog veel, veel meer.

Maar ook over liefde die er is, het vertrouwen in haar relatie met Mr. T., het genieten van de meiden, van mooie momenten, van muziek, van boeken, van vriendschappen, van theater, van een vogel die fluit, over werken, de goede band met haar ouders, een wandeling in het bos en nog heel veel meer.

Nel wijst Mrs. T. op zaken die ze wellicht anders zou moeten bekijken, zaken waarop ze geen invloed kan uitoefenen en die ze los zou moeten proberen te laten. Nel confronteert Mrs. T. met zaken en dat is heftig en goed.

Om 23.20 uur stapt Mrs. T. de praktijk uit. Ze is moe (in haar hoofd en in haar lijf), maar het was gewoon heel erg fijn. Over de voetreflex kan Mrs. T. nog weinig melden, of het effect zal gaan hebben dat wachten we af. Maar dat praten: dat was zo goed om te doen. 31 Januari mag ze weer!

Helaas pindakaas

Het is van de baan (prachtige woordspeling trouwens). De eventueel nieuwe baan voor Mrs. T.. Met de huidige m.a. wordt een terugkeergarantie afgesproken en men heeft besloten om voor die tussenperiode een uitzendkracht in te zetten.

Pas tegen de tijd dat er meer duidelijkheid is of de m.a. op haar nieuwe stek functioneert en dus mag blijven wordt een definitieve invulling geregeld voor de plek die zij achterlaat. Hier valt niet aan te tornen en misschien is dat ook maar goed.

Mrs. T. heeft de m.a. dringend verzocht om een niet al te goede uitzendkracht uit te kiezen . De m.a. heeft overigens duidelijk aan Mrs. T. laten weten dat zij op nummer 1 staat bij de manager wat haar opvolging betreft en dat er intern wel het een en ander geregeld zou kunnen worden zodat een procedure hoogstwaarschijnlijk niet nodig zou zijn. Dat idee had Mrs. T. ook wel, maar het is altijd goed om even te horen nietwaar?

Al met al best balen hoor want Mrs. T. had zich er toch wel erg op verheugd. Maar het is eigenlijk ook wel plezierig om op haar huidige werkplek nog meer structuur en orde aan te brengen. Dat maakt eventueel weggaan ook gemakkelijker voor Mrs. T.. En wie weet, mogelijk kan Mrs. T. in juni/juli alsnog de overstap maken.

Ben jij wat je werkzame leven betreft ooit (erg) teleurgesteld?

Verkeer

Gisterenmiddag ging Grote Zus bij vriendinnetje A spelen. En A, die woont circa 1,5 kilometer van huize Mrs. T.. Eerst zo’n 800 meter door de bebouwde kom en daarna nog 700 meter buitengebied. En dat zonder fietspad!

‘Dat kan ik best alleen op de fiets mama’, weet Grote Zus Mrs. T. te melden. En Mrs. T. weet dat zij dat inderdaad best alleen kan. Maar kunnen al die andere weggebruikers het ook? Loslaten heet dat, brrr, moeilijk hoor.

Mrs. T. heeft Grote Zus strikte regels met betrekking tot haar deelname aan het verkeer bijgebracht:

  • we steken altijd recht (en niet schuin!) een straat over,
  • we lopen nooit midden op de weg,
  • voor fietsen geldt hetzelfde,
  • het kind loopt altijd aan de kant van de berm,
  • we kijken goed uit met oversteken, afdraaien etc.,
  • spelen op straat doen we alleen op de plekken die mama of papa goedgekeurd hebben.

Grote Zus heeft een groot plichtsbesef en gedraagt zich (nog steeds) naar deze regels. Als haar vriendinnen haar ‘s middags ophalen om naar school te gaan dan zijn die drie al lang en breed de straat over en staat Grote Zus nog te kijken of oversteken wel kan. Mrs. T. verbaast zich daar geregeld over, die meisjes stoppen dus echt niet om te kijken voordat ze oversteken. Mrs. T. kan zeggen wat ze wil ‘goed uitkijken bij het oversteken hoor’, maar het is tegen dovevrouwssoren gezegd.

Mrs. T. hoopt dat Grote Zus stevig genoeg in haar schoenen blijft staan om gewoon haar eigen plan te trekken met betrekking tot haar deelname aan het verkeer. Of dat realistisch is, dat zal moeten blijken.

Maar goed, Mrs. T. verbaast zich nog vaker over het gedrag van veel ouders op weg naar school (en ze komen met bosjes door onze straat op weg naar die school). Ouders die met hun kinderen over de volle breedte van de straat lopen. Ouders die zelf 50 meter achter hun kind lopen (of er juist 50 meter voor fietsen), je bent te laat als er iets gebeurd. Of ouders die zelf aan de kant van de berm lopen (of fietsen) en hun kind aan de linkerzijde laten lopen (of fietsen).

Wat geef (gaf) jij je kind(eren) mee op het gebied van deelname aan het verkeer?

Twee wolven

Een oude Cherokee indiaan geeft zijn kleinzoon onderricht over het leven.

“Binnen in me is een gevecht gaande”, zegt hij tegen de jongen.
“Het is een afschuwelijk gevecht tussen twee wolven. De ene wolf is slecht – hij bestaat uit woede, jaloezie, verdriet, spijt, hebzucht, verwaandheid, zelfmedelijden, schuldgevoelens, wrok, minderwaardigheid, leugens, valse trots, superioriteit en ego.
De andere wolf is goed – hij is vreugde, vrede, liefde, hoop, kalmte, nederigheid, vriendelijkheid, welwillendheid, medegevoel, vrijgevigheid, waarheid, compassie en geloof.
Binnen in jou woedt dezelfde strijd – en datzelfde geldt voor ieder mens.”

De kleinzoon denkt daar enkele ogenblikken over na en vraagt dan aan zijn grootvader:
“Welke wolf zal het gevecht winnen?”

De oude Cherokee glimlacht en antwoordt eenvoudig: “Degene die je voedt”.


Een waarachtig prachtig verhaal, met dank aan Sprokkels.