Het mysterie van het verdwenen fietsstoeltje

Gruwelijk verontwaardigd ben ik. Echt heel erg nijdig ben ik ook nog ‘ns. Wat is er aan de hand?

Nou, erg dramatisch is het natuurlijk niet, want er zijn veel ergere dingen in de wereld. Maar wat me vandaag toch overkomen is!

Na een dag vol noeste arbeid (noest omdat er eind van de week verhuisd gaat worden, dus dat betekende dozen inpakken en dat soort ongein) klok ik na vijven uit. Ik loop, samen met mijn baas die via de kelder naar buiten moet omdat om vijf uur de deur op slot gaat, naar de fietsenkelder en zie daar nog een paar fietsen staan. Waaronder de mijne. Maar wat ik niet zie, is mijn fietsstoeltje!!!

Nah, niet te geloven, mijn fietsstoeltje is foetsie. Ik sta daar echt compleet flabbergasted te wezen: hoe is het mogelijk! De fietsenkelder is nota bene alleen toegankelijk voor personeel! Dat maakt het allemaal ook nog veel erger natuurlijk. Dat een collega dit op zijn/haar geweten heeft! Mijn baas is, net als ik, not amused. Wie doet nou zoiets?

Als ik naar huis fiets begin ik een beetje te twijfelen. Misschien heb ik het stoeltje gisteren wel van mijn fiets afgehaald. Alhoewel ik geen enkele reden kan bedenken waarom ik dat gedaan zou hebben. Want dat ding zit al zo’n half jaar continu op mijn pakkendrager. Of misschien heeft Mr. T. hem er gisteren wel afgehaald. Maar ook dat geloof ik niet. En daarbij: als het me net al meteen opviel, dan had ik het vanochtend toch ook meteen gezien?

Ja hoor, thuis aangekomen: een heleboel zooi in de garage, maar geen fietsstoeltje. Ik ben pisnijdig en verzin op dit moment hele plannen om de dader te pakken te krijgen. Maar het allerergste vind ik dat een collega dit deed!


Ik had graag gemeld dat het hier om fictie ging. Helaas is het de bittere waarheid. Pislink ben ik dan ook. En omdat ‘link’ het onderwerp van de WE was, schreef ik daarom maar een extra WE! Mocht dit mysterie nog op miraculeuze wijze opgelost worden, dan laat ik het uiteraard nog weten.

Foto trouwens gestolen van internet, want ik maak veel foto’s, maar toch echt niet van een fietsstoeltje voordat het gestolen wordt.

Beschermd: Aargh 40!

Deze inhoud is beschermd met een wachtwoord. Vul hieronder je wachtwoord in om het te bekijken:

Geplaatst in Geneuzel | Voer je wachtwoord in om reacties te bekijken.

Verval ;-)

Ze zeggen dan wel dat het leven bij 40 begint (en da’s dus al bijna voor mij), het verval begint al bij 39 (of nog eerder zo u wilt) zo ondervind ik op dit moment.

Waar ik gruwelijk van baal is dat er af en toe zwarte haren uit mijn kin menen te moeten groeien. Gats! Dát wil ik helemaal niet hoor. Heel af en toe zit er zelfs ééntje op mijn wang. Waarom dat dan?

En nu we het toch over haar hebben, waarom heb ik af en toe zomaar ineens een hele grijze haar op mijn hoofd. Zo vreemd, de ene dag zit ie er nog niet, en de volgende dag wel, van wortel tot top: een grijze haar. Gelukkig gaat er volgende week weer een verflaagje overheen!

Van rimpels heb ik niet echt last, behalve die ene tussen mijn wenkbrauwen. Zo lelijk vind ik dat! Zo’n verticaal streepje, dat daar helemaal nog niet hoort te zitten. Ik heb nota bene nog regelmatig jeugdpuistjes, dat slaat toch nergens op: straks heb ik een jeugdpuistje in mijn rimpel.

Ander verval dat ik niet direct aan leeftijd gekoppeld had, was de pijn die ik sinds een paar weken in mijn rechtervoet had. Ik had onder mijn voet, bij de bal zeg maar, pijn. Best heel veel pijn zelfs. Best zoveel pijn dat ik eigenlijk niet meer heel goed op mijn kekke hoge hakken kan lopen. En ik zonder (hoge) hakken, dat is eigenlijk hetzelfde als mijn vader met lange mouwen.

Uiteindelijk ben ik er zelfs voor naar de huisarts geweest die mij doorverwees naar de podotherapeut. Nou had ik al niet anders verwacht dan dat de podotherapeut zou zeggen dat hakken best mogen, maar dan geen hakken boven de3 centimeter. Tja, ik heb waar weinig schoenen met hakken lager dan3 centimeter! En de podotherapeutmevrouw zei dus, dat pijn in de voeten ook met ouderdom te maken zou kunnen hebben! Nou ja zeg …

‘Gelukkig’ echter bleek uit onderzoek dat er duidelijk iets niet helemaal in orde was met mijn voet (en enkel, daar denk je dan weer niet aan hè, als je pijn in je voet hebt, dat er ook ergens anders nog iets aan kan mankeren). Dus de podotherapeutmevrouw sjorde aan mijn enkel, kneedde mijn voet en bedacht vervolgens dat ik zooltjes nodig had.

Zooltjes om alles weer helemaal flex te maken, daar in mijn voet. Dus … sinds een aantal weken heb ik zeer verantwoorde zooltjes in sommige schoenen en laarzen (in mijn bruine lievelingslaarzen -die ook met de bruiloft aan moeten- passen de zooltjes trouwens niet). Ik moet zeggen: het lijkt te helpen die zooltjes, de pijn is zo goed als weg. Ik doseer het lopen op hakken nu een beetje. Wel hakken naar het werk, maar even niet thuis en zo. Zodat ik straks, op de grote dag: lekker op hoge hakken kan feesten!

Best wel kassa trouwens: twee bezoekjes aan de podotherapeutmevrouw, de eerste keer amper een half uurtje, de tweede keer een kwartiertje. Wilt u even € 195,00 betalen? Het is verdorie maar goed dat die zooltjes hun werk doen!

Jij wellicht ook al wat last van ouderdomsverschijnselen?

We moeten het even over Kevin hebben

Jeminee, heb ik daar even een heftig boek uitgelezen!

We moeten het even over Kevin hebben‘ van Lionel Shriver is een buitengewoon aangrijpend boek.

Op de achterflap:

Die ene donderdag, waarop haar zoon een aantal medescholieren vermoordt, kan nooit meer worden teruggedraaid. Is het de schuld van de moeder, doordat ze nooit echt van haar zoon gehouden heeft? Is het de schuld van de vader, die zijn zoon nooit wilde zien zoals hij werkelijk was? In brieven aan haar man -die afwisselend wanhopig en dan weer berustend, maar altijd pijnlijk eerlijk zijn-, probeert Eva Khatchadourian erachter te komen of zij aansprakelijk is voor die ene donderdag. Wanneer ging het fout?

We moeten het even over Kevin hebben is de aangrijpende zoektocht van een moeder naar het antwoord op de vraag of het karakter van je kind is aangeboren of aangeleerd. Met dit actuele thema over massamoorden op middelbare scholen geeft Lionel Shriver een indringende en controversiële kijk in het gevoelsleven van de ouders van de dader.

Uit het boek komt heel duidelijk naar voren dat Eva nooit van haar zoon gehouden heeft. Dat ze dus werkelijk -vanaf de geboorte van haar kind- niet van hem gehouden heeft. Dat ze altijd achterdochtig is geweest bij alles wat hij deed, dat ze hem nooit enige warmte heeft gegeven.

Je vraagt je dus af of het logisch is dat Kevin deed wat hij deed. Omdat hij natuurlijk weet dat zijn moeder niets van hem wil weten. Terwijl hij duidelijk toch liever met haar te maken heeft dan met zijn vader die nooit ook maar iets slechts in Kevin ziet. Heel apart dit boek, maar ook heel interessant.

Echt een erg indrukwekkend en zeer heftig boek. Apart van opzet door de briefvorm waar het in gegoten is. Met prachtige zinnen die af en toe gewoon opnieuw gelezen moeten worden, zo mooi.

‘We moeten het even over Kevin hebben’ is een echte aanrader. Je moet wel behoorlijk stevig in je schoenen staan, want het is niet bepaald een kinderachtig boek. De laatste paar hoofdstukken maken het boek nog erger dan je voor mogelijk gehouden hebt. Terwijl het toch niet echt een thriller is.

Denk jij dat je dit boek ooit gaat lezen? 

Ouderkamer

In januari ging ik naar een bijeenkomst op school omdat de GGD er een presentatie hield over de resultaten van een enquete die onder leerlingen en ouders gehouden was. Uit die presentatie kwamen een 10-tal punten naar voren en uit die 10 punten mochten de aanwezige ouders en het team een viertal speerpunten kiezen waar de komende jaren extra aandacht aan besteed zou moeten worden.

Die vier punten werden uiteindelijk:

  1. gezonde tussendoortjes, tractaties
  2. verantwoord mediagebruik
  3. voor jezelf opkomen, omgaan met elkaar, weerbaarheid
  4. kinderen met probleemgedrag

Afgelopen vrijdag werd er een zogenaamde ‘ouderkamer’ gehouden waar geïnteresseerde ouders kunnen praten over van te voren aangekondigde onderwerpen. Dit keer ging de ouderkamer over de voortgang met betrekking tot de vier speerpunten.

Nou moet ik zeggen dat ik niet zo heel veel heb met punt 1. De meiden krijgen hier iedere dag iets anders mee naar school, maar dat zijn zelden ongezonde toestanden. Ze zijn gelukkig gek van rijstwafels, dus die gaan vaak mee. Maar ook wordt er regelmatig een beker drinken meegenomen of een stuk fruit. Het is echter wel af en toe lastig als er grote verschillen zijn in dat wat kinderen van thuis mee naar school krijgen. Want natuurlijk zijn lekkere koeken heel wat interessanter dan die droge rijstwafel nietwaar?

De school gaat beleid opstellen over het gezonde tussendoortje en wil ook wat stringentere richtlijnen geven waar het de tractaties betreft. Ik denk dat dat best heel goed is.

De andere drie punten echter vind ik heel wat interessanter, zoals daar natuurlijk het media-/computergebruik is.

Grote Zus heeft pas sinds het begin van dit schooljaar een e-mailadres. MSN’nen, hyven en dat soort toestanden, dat mag ze nog niet van ons. Het is denk ik wel heel goed dat er aandacht besteed wordt aan mediagebruik en de risico’s die kinderen (kunnen) lopen.

Een aantal interessante websites die genoemd werden zijn: mijn kind online, pest web online en de kinder consument. Waarschijnlijk wordt er in het nieuwe schooljaar een ouderavond gehouden met als thema: ‘Bent u ook online?’. Wat er dan onder andere gedaan wordt: een kennisquiz over internet, verdieping hoe als ouder om te gaan met internet (toelichting op de vragen uit de quiz), uitwisselen van ervaringen aan de hand van stellingen en praktische tips. Lijkt me interessant en daar ben ik in ieder geval bij dus.

De twee laatste punten waren voor mij vooral reden naar de ouderkamer te gaan. Helaas zijn deze punten niet uitgebreid besproken omdat de bel al weer bijna ging. En daarbij, raak je hierover ooit uitgesproken?

We hebben hier in het dorp maar één school, waar ongeveer 98% van alle kinderen naar toe gaan. De kinderen komen elkaar dus niet alleen op school tegen, maar ook na schooltijd bij het speeltuintje of op straat, op de diverse sportverenigingen of andere clubs. Dat kan natuurlijk heel leuk zijn, maar het is ook funest als er dingen spelen tussen kinderen. Overal is het dan steeds opnieuw hommeles.

Er is op school veel aandacht voor het gedrag van de kinderen. Dat gebeurt op verschillende manieren. Nieuw hierin zal zijn het zogenaamde ‘Taakspel’. Een kort stukje van de website over taakspel:

In elke klas komt wel eens ongewenst gedrag voor. U hebt als leerkracht de neiging om veel op het ongewenste gedrag in de groep te letten. U probeert controle te houden op de groep door direct te reageren op de leerlingen die zich ongewenst gedragen. Met correcties probeert u het ongewenste gedrag tegen te gaan, maar het lukt niet altijd om de groep op deze manier voor een langere tijd rustig te krijgen. Kinderen willen graag aandacht. En de leerlingen leren op deze manier, dat ze aandacht krijgen als ze zich ongewenst gedragen. Daardoor blijft ongewenst gedrag in stand.

Met behulp van het Taakspel wordt u als leerkracht geleerd om vooral aandacht te besteden aan het gewenste gedrag. Dat is soms erg wennen. U bent als leerkracht in eerste instantie bang om de controle op de groep te verliezen. Het Taakspel is een hulpmiddel om u te helpen anders om te gaan met het gedrag. Het vraagt tijd en begeleiding om te leren vooral op gewenst gedrag te letten, daar veelvuldig complimenten voor te geven, maar het is de moeite waard.

De leerlingen leren op deze manier dat ze aandacht krijgen als ze gewenst gedrag laten zien. En daardoor neemt gewenst gedrag toe en neemt het ongewenste gedrag af.

Taakspel is een groepsgerichte werkwijze om leerlingen te leren zich beter aan de klassenregels te houden. Doordat klassenregels beter worden nageleefd, vermindert onrustig, storend en eventueel aanwezig agressief gedrag. Taakspel beïnvloedt zo het taakgerichte gedrag, maar kan ook op directe wijze taakgericht gedrag bewerkstelligen als de regels daarop toegespitst worden. Bovendien leidt het op een prettige manier tot omgaan met elkaar en tot een beter klimaat in de klas. Er worden meer complimenten uitgedeeld en minder corrigerende opmerkingen gemaakt.

Het is altijd een van mijn grootste ergernissen geweest. Dat ongewenst en slecht gedrag zoveel aandacht krijgt, hoe logisch misschien ook. Ik hoop echt dat dit taakspel een eerste aanzet tot verandering is!

Het ligt in de bedoeling van de school om volgend schooljaar met het taakspel te beginnen. Dat zal nogal wat passen en meten worden waar het de kosten betreft want ook scholen hun geld natuurlijk maar één keer uitgeven. Ik hoop dat taakspel brengt wat het hoort te brengen. Dat het uitgaat van positieve benadering vind ik overigens een grote stap voorwaarts.

Waarbij ik overigens wel even wil vermelden dat het op onze school allemaal nog niet zo heel erg slecht gaat hoor. Waar kinderen spelen wordt ruzie gemaakt en wordt gepest (en we weten daar natuurlijk alles van omdat Grote Zus zelf ooit slachtoffer was). Ik denk dat dat nu eenmaal hoort bij het opgroeien. Hoe niet leuk het ook is. De school doet al een heleboel tegen het pesten (er is een pestprotocol), sommige kinderen krijgen extra sociale vaardigheidstrainingen en er is veel aandacht voor het gedrag en welbevinden van de leerlingen.

Vriendendag

Zoals hier al aangekondigd, waren Mr. T. en ik weer een keer aan de beurt om de vriendendag te organiseren. Samen met A gingen we gedrietjes aan de slag. En vandaag, de derde zaterdag van maart, is het dan zover.

Het valt nog niet mee om voor maximaal € 50,= een middag- en avond-programma te organiseren, maar uiteindelijk lukte het ons om voor € 44,95 per persoon iets in elkaar te knutselen.

Wat we zo meteen (vanaf 15.00 uur) gaan doen? Nou, het is weer helemaal anders dan anders. Gingen we de laatste keer dat ik mede-organisator was nog schilderen (en de keer daarvoor naar het museum en heel veel keren daarvoor koken en dat was hilarisch, te meer omdat een aantal van de vrienden toen nog thuis woonden en nog never nooit niet gekookt hadden, goh, wat doen wij dit toch al lang en wat hoop ik dat deze vriendendagen nog heel lang zullen blijven bestaan), dit keer gaan we ons te buiten aan wat binnengesport. Maar dat gaat natuurlijk niet zonder dat we eerst koffie met gebak tot ons nemen. Sporten op een lege maag gaat immers niet.

We stelden teams samen (dat was best handig, ieder stelletje was een team en dan hielden we nog twee vrouwen over die ook een team vormden. Het zogenaamde girlpowerrrrrteam) en die teams strijden vervolgens tegen elkaar. De prijs: twee zeer fraaie repen chocolade!

Welke sporten we gaan doen? Nou, allereerst paaltjesvoetbal, met als handicap dat de teamgenoten met de bovenarmen aan elkaar gebonden zijn. Vervolgens gaan we touwtrekken en als laatste basketbalgooien.

Het avondprogramma brengen we al gourmettend en bowlend door. Hiervoor hebben we een arrangement geregeld en de drank ‘afgekocht’.

Weet je wat het is, het is eigenlijk niet eens echt belangrijk wat we doen. Als we maar gewoon bij elkaar zijn, lekker bijkletsen en plezier maken. Dát is het allerbelangrijkste aan de vriendendag.

Ik ga in ieder geval genieten, net als de rest. Daar durf ik mijn vingers voor in een bowlingbal te steken!

Beschermd: Madeliefjes

Deze inhoud is beschermd met een wachtwoord. Vul hieronder je wachtwoord in om het te bekijken:

Geplaatst in Gebroed | Voer je wachtwoord in om reacties te bekijken.

Ziek in je hoofd

Mam, die man die Milly dood heeft gemaakt, was die ziek in zijn hoofd?’, vraagt Grote Zus tijdens de lunch. Tja, daar zit je dan. Zelf nog nauwelijks de schok te boven, stelt je dochter je deze vraag. Ik antwoord dat ik zeker denk dat die man ziek in zijn hoofd was, want een normaal denkend mens doet zulke verschrikkelijke dingen niet.

‘Maar wisten de mensen dan niet dat hij ziek in zijn hoofd was?’, is haar reactie. Ik zeg dat soms mensen zelf niet eens weten dat ze ziek in hun hoofd zijn tot het moment dat er iets knapt en dat ze daardoor iets heel ergs kunnen gaan doen. Maar dat er ook best een boel mensen zijn die ziek in hun hoofd zijn, die helemaal nooit erge dingen doen. Dat ik niet precies weet waarom het hier zo gruwelijk fout is gegaan.

Ik zeg haar dat er heel veel lieve en goede mensen zijn. Denk aan een pak suiker zeg ik, daar zitten misschien wel 16.000.000 losse korreltjes in. En van die 16.000.000 korreltjes is er nu één korreltje dat iets heel ergs gedaan heeft. En dat het verschrikkelijk is, maar dat je daarom niet bang hoeft te worden. Omdat de kans dat dit je overkomt gelukkig heel, heel, heel erg klein is. Dat ze goed moet onthouden wat ik haar verteld heb over boze en fijne geheimen en dat ze gewoon nog steeds lekker jong mag zijn! Dat ze best na mag denken over dit soort dingen, maar dat ze het dan graag wel even met ons deelt, dát ze er mee bezig is. Maar dat ze verder gewoon echt lekker jong en -zoveel mogelijk- onbevangen mag zijn.

‘Het is maar goed dat ik nooit de deur open mag doen, als ik alleen thuis ben’, zegt ze. Nou is ze niet zo heel vaak alleen thuis hoor, die dochter van ons, maar af en toe een half uurtje gebeurd toch wel eens. We hebben haar op het hart gedrukt dat ze nooit maar dan ook nooit de deur open mag doen als ze alleen thuis is. ‘Maar als een politieman aanbelt, dan zou je toch gewoon de deur open moeten kunnen doen?’, vraagt ze zich meteen af om -gelukkig- vervolgens te gaan praten over de entreetoets die binnenkort op het programma staat.

Als er een politieman aanbelt (al weet ik op dit moment niet of de dader (als je een bekentenis hebt afgelegd, ben je dan nog steeds een verdachte, zo werkt dat toch zeker niet!) ook gekleed was in uniform) of als er een bekende aanbelt (want ik neem aan dat een buurman valt onder ‘bekende’), verbied je je kind dan ook om de deur op te doen? Moeilijk hoor. En tot welke leeftijd geldt zo’n regel dan? Grote Zus is tien, Milly was twaalf. Niet zo’n heel erg groot verschil. Je kunt je kinderen niet altijd beschermen. Hoe graag je dat ook zou willen.

Wat een verdriet moet er nu zijn, daar in Dordrecht. Bij de ouders van Milly, haar familie, klasgenootjes, vrienden, kennissen en buurtgenoten. Wat doet een dergelijke gebeurtenissen met mensen. Brokkelt vertrouwen af? Of schept het juist een band en wordt daardoor de gemeenschap hechter?

En wat moet de vriendin van de dader dan wel niet voelen? Of zijn ouders, familie, vrienden, collega’s?

Toen Milly ‘alleen nog maar vermist’ was had ik nog een soort van stille hoop (stom om dat zo te zeggen, of herken jij dat?) dat ze weggelopen was of zo. Maar dit, dit is toch niet te bevatten? Ik ben er stil en verdrietig van.

Beschermd: Bankzaken

Deze inhoud is beschermd met een wachtwoord. Vul hieronder je wachtwoord in om het te bekijken:

Geplaatst in Gebroed | Voer je wachtwoord in om reacties te bekijken.