Smaak

Tot vorig jaar moest ik er niet aan denken: vrijwillig olijven eten. Olijven waren ieuw! En nu? Ik vind ze heerlijk. Ik heb het dan wel over de zoete olijven, maar wie weet val ik binnenkort ook wel voor de wat bittere exemplaren. Want zoals je hieronder zult lezen ruil ik het zoete steeds meer in.

Rode wijn moest tot een jaar geleden ongeveer zoet zijn, maar inmiddels drink ik eigenlijk nooit meer zoete rode wijn. Hetzelfde geldt voor de witte wijn. Vond ik een koude Graves Supérieurs op zwoele zomeravonden heerlijk, nu ga ik voor de Chardonnay of een Sauvignon.

Oude kaas? Idem dito. Mijn kaasetende leven begon ik met jonge kaas, via jong belegen ging dat richting belegen en nu vind ik oude kaas hemels lekker. Net zoals ik af en toe een kaasplankje neem in plaats van een zoet dessert.
o+w

Wat ik me afvraag. Heb jij dat ook? Dat je smaak door de tijd verandert en dat je dingen waar je vroeger niet aan moest denken nu ineens heerlijk vindt. En zo ja, welke etenswaren zijn dat dan?

Zomernacht

Ik las ‘Zomernacht‘ van Kristin Hannah in amper twee dagen uit en was geraakt door de puurheid van het boek. Waar gaat ‘Zomernacht’ over?

Lexi en Mia worden hartsvriendinnen vanaf de dag dat ze elkaar op de middelbare school tegenkomen. Lexi woont bij haar tante op een woonwagenpark. Mia komt uit een stabiel, rijk gezin. Lexi valt als een blok voor Mia’s populaire tweelingbroer Zach. Ze had nooit verwacht dat hij haar ook leuk zou vinden. De drie jonge mensen worden onafscheidelijk. Op de terugweg van hun eindexamenfeest gaat het mis. Ze krijgen een auto-ongeluk. Lexi neemt onder grote sociale druk alle schuld op zich en belandt in de gevangenis. Daar bevalt ze van een dochtertje, Grace, dat ze moet afstaan. Jaren later keert Lexi, ouder en wijzer, terug in de maatschappij. Ze gaat onmiddellijk op zoek naar Grace.

Dit boek is heel ontroerend, puur en intens. Ik heb met vrij grote regelmaat wat tranen weg moeten pinken. Hannah beschrijft de gebeurtenissen erg mooi en vanuit verschillende perspectieven en in feite zijn alle perspectieven totaal begrijpelijk.

Lexi heeft een verschrikkelijke jeugd achter de rug en komt pas in een stabiele omgeving als ze bij haar tante beland. Dan ook ontmoet ze Mia en haar broer Zach. De ballast van haar jeugd kan Lexi echter niet achter zich laten en die maakt dat ze zich snel te veel voelt, overbodig. Ze is onzeker en vertrouwt moeilijk mensen. Ze is echter zeer integer en (te?) volwassen voor haar leeftijd en maakt haar keuzes op basis van hoe ze zelf behandeld had willen worden toen ze jong was. Heel erg dapper is ze!

Er zitten ontzettend veel heel mooie stukjes in het boek, maar de eerste brief die Lexi aan haar dochtertje schrijft als ze in de gevangenis zit wil ik hier toch even met jullie delen.

Lieve Grace,

Ik was achttien toen jij geboren werd. Het lijkt een beetje onnozel om dat de zeggen, want ik ben nu pas negentien, maar ik dacht dat je dat wel over me zou willen weten. Ik zou willen dat ik je kon vergeten. Dat is heel onaardig om te zeggen, maar als je oud genoeg zou zijn om deze brief te lezen, dan zou je toch al weten waar ik ben en wat ik heb gedaan. Waarom ik je moeder niet kan zijn. Dus: ik zou willen dat ik je kon vergeten. Maar ik kan het niet.

Ik word hier wakker en het eerste waar ik aan denk, ben jij. Ik vraag me af of je ogen groen zijn geworden zoals die van je vader, of dat ze blauw zijn zoals de mijne. Ik vraag me af of je ‘s nachts al doorslaapt. Als ik kon, zou ik je elke avond in slaap zingen.

Ik was al verliefd op je voordat ik je zelfs maar had gezien. Hoe is dat mogelijk? Maar het is zo en en toen hield ik je in mijn armen en toen gaf ik je aan Zach. Wat moest ik anders? Jou hier op bezoek laten komen, zodat je me achter tralies kon zien? Ik weet hoe erg dat is. Ik heb ergens gelezen dat verdriet net zoiets kan zijn als een bot breken. Je moet het goed laten zetten, anders blijft het je de rest van je leven pijn doen. Ik bid dat je dat op een dag zult begrijpen en me zult vergeven.

Ik stuur je deze brief niet op, maar misschien zul je me op een dag gaan zoeken als je volwassen bent en dan heb ik deze doos met brieven en die geef ik dan aan je. Dan zal ik zeggen: ‘Zie je wel? Ik hield van je’. Misschien zul je me zelfs geloven. Tot die tijd weet ik in elk geval dat je veilig bent. Ik droomde er altijd van om een Farraday te zijn. Jij boft maar met de familie die je hebt. Als je verdrietig bent, moet je naar Miles toe gaan. Hij kan je altijd aan het lachten maken. Of vraag aan Jude of ze je wil omhelzen. Er kan niemand zo goed omhelzen als je oma. En dan is er nog je vader. Als je hem de kans geeft, zal hij je alle sterren van de hemel laten zien en je heb gevoel geven dat je kunt vliegen. Dus ik maak me geen zorgen om jou, Gracie.

Ik ga proberen je te vergeten. Het spijt me, maar ik kan niet anders. Het doet zo’n pijn om van je te houden.

‘Zomernacht’ is vooral een heel mooie roman die het echt waard is om gelezen te worden. Doen dus zou ik willen zeggen.

zn

Lijeider

Ik wil echt niet klagen hoor en tenslotte doe ik het mezelf aan, maar af en toe is het coachen van een meidenteam best hard werken. Heb ik aan de ene kant te maken met 16 meiden tussen de 12 en de 15 jaar, aan de andere kant zijn er de ouders.

Wat de meiden betreft: man, wat zijn ze onzeker. En man, wat horen ze alleen het commentaar. Complimenten? Huh, geven jullie die dan ooit? Mijn twee collegaleiders en ik proberen zoveel mogelijk positief te coachen. Het ‘goed gespeeld’, ‘klasse’, ‘hard gewerkt meiden’ schalt veelvuldig over het veld. Maar als ik, of een van mijn collegaleiders, ook maar één keer durf te zeggen dat ze harder moeten werken of moeten luisteren, dan zijn ze of zeer verontwaardigd of zeer verdrietig. Pfffft!

Kijk, natuurlijk moet het voetballen vooral een leuk spelletje zijn en dat is het ook, de sfeer in het team is goed, maar soms is het dodelijk vermoeiend. Het nadeel van ons elftal is dat op één na alle meiden pas sinds maximaal vier jaar voetballen. Ook dit jaar zijn er weer twee nieuwe meiden bij. Hoe het spelletje eigenlijk gespeeld moet worden snappen sommige nog steeds niet. Ja, ze weten dat de bal bij de tegenstander in de goal moet, maar rustig en beheerst spelen, dat lukt het gros nog steeds niet. Het veld breed houden. Huh, wa’s dat dan? We moeten alles een triljoen keer zeggen en zoals gezegd, dat is dodelijk vermoeiend want er lijkt bijna niets te beklijven (of zouden wij het gewoon heel slecht uitleggen???). Maar ook dat geeft helemaal niets. Want over het algemeen vind ik het coachen superleuk.

Als dan echter de ouders ook nog beginnen te zeiken, dan bereik ik af en toe wel een stadium van ‘ik houd er mee op, doe het zelf maar als jullie het allemaal zo goed weten’. Twee weken geleden sprak een vader mij tijdens (!) de wedstrijd aan op het feit dat zijn dochter al weer reserve stond. De dochter, de andere reserves en wat publiek stonden op een paar meter afstand. Jemig, dat doe je toch niet! Tuurlijk mag je het als ouder niet eens zijn met wat wij beslissen, maar doe dat niet als er een boel mensen bij staan. En al helemaal niet tijdens de wedstrijd.

We  hebben dit jaar een team van 16 spelers. Dat betekent dat we vijf reserves hebben. Da’s een heleboel en dat is lastig. Ik ben verantwoordelijk voor de opstelling en de reserves en ik probeer dat zo eerlijk mogelijk te doen. Alle meiden hebben aan het eind van het seizoen zo ongeveer allemaal even vaak slash lang reserve gestaan. Op een paar meiden na. Zoals daar vorig jaar onze stopper was (ze speelt nu bij de B’s). Ze was de beste van ons veld en zonder haar, was onze verdediging meteen veel zwakker. Het gevolg: zij heeft meer voetbalminuten gehad dan de rest. Terecht vind ik en mijn collegaleiders. Net zoals dat gold voor onze spits. En zo wordt een keeper ook minder vaak gewisseld. Maar da’s logisch, zoals een bepaalde voetballer wel ‘ns gezegd zou hebben. Soms is het namelijk ook wel leuk om te winnen. En daardoor maken sommige spelers dus meer voetbalminuten dan de rest. Maar voor de rest scheelt het elkaar niet veel.

Over het algemeen is de sfeer langs de lijn heel erg goed, maar er zijn best een aantal ouders bij die heel fel zijn. Die ook richting de meiden behoorlijk kunnen mopperen als ze niet doen wat zij zeggen. Dát is toch echt niet bedoeling. Wordt dan zelf lijeider lijkt mij. Het is nog niet zo ver gekomen dat we een ouder aan hebben moeten spreken, maar ik vermoed dat dat op heel korte termijn wel een keer gaat gebeuren. En dat is een klusje dat ik wel ga klaren, maar waar ik niet echt naar uitkijk. Maar dat begrijpen jullie wel neem ik aan.

Overigens herkent Mr. T. het ook wel. Hij is leider van het team van Kleine Zus. Zijn meiden zijn dus tussen de 8 en de 10 jaar. Ook hij vindt dat de meeste meiden gewoon echt niet tegen (opbouwende) kritiek kunnen en hij speelt het liefst uitwedstrijden. Nou, dat wil wel wat zeggen lijkt me.

Groots

Een groots lijstje dit keer. Doe je mee?

Vul in jouw grootste:

  • fantasie: …
  • auto: …
  • irritatie: …
  • liefde: …
  • talent: …
  • angst: …
  • blunder: …
  • wens: …
  • partner-irritatie: …
  • miskoop: …

Om de antwoorden gemakkelijker te kunnen lezen, selecteer de vragen, control c en control v in het reactieveld.

Gastlogje van Kier: familie en buren

Wat voor ons heel vanzelfsprekend is, is dat misschien niet voor iedereen.
Toen wij gingen trouwen kochten we samen met mijn ouders een twee-onder-een-kapper en we hebben er heerlijk gewoond zo dicht bij (o)pa en (o)ma.

Na een aantal jaren kocht mijn jongste broer het huis van mijn ouders en nu wonen we al 40 jaar naast hem en mijn schoonzus. We voelen ons bevoorrecht met lieve vertrouwde mensen naast ons en hebben in al die 40 jaar nog niet één keer ruzie gehad.

Achter in de tuin hebben we een verbindingsdeur en elke keer als die opengaat denk ik: ‘Ha, m’n broertje (of schoonzus)’.
Toen de kinderen klein waren pasten we op voor elkaar en nu die allemaal het huis uit zijn hebben we nog altijd veel gezelligheid samen. Een paar keer per week lunchen we samen en bijna elke dag drinken we even koffie.

Ooit hebben we overwogen om een ander huis met grotere tuin te kopen, maar toen onze moeder is gestorven liepen we zo vaak als we wilden even bij elkaar binnen om over haar te praten en elkaar te troosten. Sinds die tijd weet ik het zeker: Wat we hier hebben willen we echt niet kwijt, want wat moet je naast “vreemden”als het hier zo thuis en vertrouwd is?

Misschien klinkt dit voor veel mensen benauwend maar terwijl we aan een kant veel samen doen voelt het nooit als een verplichtening. Zo lopen we niet bij elkaar binnen als er visite is en gaan we door totaal andere interesse ook niet samen op vakantie. Maar als we op reis zijn geweest, is het behalve dat we kinderen en kleinkinderen weer zien, heerlijk thuis komen naast broer en schoonzus.

In de 40 jaar die we naast elkaar wonen is er natuurlijk ook verdriet geweest in onze gezinnen en gelukkig we hebben elkaar daarin kunnen steunen en helpen en zo is onze band allen maar sterker geworden.Dit is echt onze dierbare plek en we zijn er dankbaar voor!

Heeft u ook een hechte band met familie en/of buren en zou u het willen, naaste familie als buren?

The Sims

Ik heb werkelijk geen idee wat de meiden er aan vinden, maar feit is dat zowel Grote als Kleine Zus compleet verslaafd zijn aan The Sims. Kleine Zus houdt zich bezig met The Sims 2 en Grote Zus is een stapje verder want zij speelt The Sims 3. Zowel Grote als Kleine Zus kochten de spellen van hun spaargeld en ik moet zeggen: het is welbesteed. Tijdens de vakanties wordt het spel zo goed als dagelijks gespeeld. In de schoolperiode heeft Grote Zus er minder tijd voor, maar Kleine Zus speelt toch nog wel een paar keer per week.
s1 s3

In het spel kunnen de spelers een soort virtuele mensen (Sims), creëren, karaktereigenschappen geven, hen aankleden, hun huizen bouwen en inrichten en ze vervolgens besturen in het dagelijkse leven. Ik moet zeggen, ik zie er de lol niet zo van in en ik vind eerlijk gezegd de figuren er ook maar hoekig uitzien (of zou dat aan onze computerschermen liggen?).

Maar echt, de meiden vinden het geweldig. Er worden families gecreëerd, outfits gekozen, huizen gebouwd en er wordt vooral veel brand geblust (ja echt, er is vaak brand in een Sims-huis). De tijd gaat heel snel dus een baby is binnen een paar uur spelen bejaard en gaat dood. Er kunnen geesten ronddwalen en de Sims kunnen zelfs seks hebben (maar dat heet dan een oh-ja-gebeurtenis en er komen allemaal van die blokjes voor te staan zodat de onschuldige spelers geen schade oplopen). Meestal komt er na een oh-ja-gebeurtenis weer een baby en vooral Kleine Zus vindt dat fantastisch. ‘Hoe zal ik de baby noemen, mama?’, klinkt hier dan ook met vrij grote regelmaat door het huis.

Ach, de meiden verslaafd aan The Sims, ik aan Wordfeud en Mr. T. aan dutjes doen. Zo hebben we allemaal wel wat. 😉

Waaraan ben jij verslaafd?

Voor jou

Ik las laatst in een tijdschrift een recensie over ‘Voor jou‘ van Jojo Moyes en in die recensie kreeg het boek 5 sterren. Lezen dus dacht ik. Waar gaat dit boek over?

Wil Traynor is jong en succesvol. Een vrouwenverslinder met een vette bankrekening en een hang naar avontuur. Als hij bij een ongeluk verlamd raakt tot aan zijn nek, wil hij nog maar één ding: dood. Zijn ouders, die gevangen zitten in een slecht huwelijk doen er alles aan om hem te laten zien dat het leven toch de moeite waard is. Ze huren Louisa in om voor Will te zorgen, een jonge griet met een bizarre kledingsmaak. Lou is in alles de tegenpool van Will. Ze leidt een beschermd leventje -wat te maken heeft met een traumatische gebeurtenis in een ver verleden- en gaat elk avontuur uit de weg. Na een wat moeizame start blijkt gaandeweg dat de twee elkaar wel erg leuk vinden, maar het is nog maar de vraag of de liefde sterker is dan Wills wens om te sterven.

Een soort van Intouchables dus, maar dan anders. Heel anders. De meeste hoofdstukken worden vanuit Louisa verteld, maar af en toe maakt Moyes een uitstapje van een hoofdstuk naar een ander personage uit het boek.

Ik vond het een mooi en interessant boek. Natuurlijk heeft het een beetje een chicklitgehalte, maar tegelijkertijd is het ook behoorlijk diepgaand. Er zit humor in, vaart, er is ruimte voor emoties en uitdieping van de personages. Gaandeweg ontdek je wat Louisa lang geleden heeft meegemaakt en snap je beter waarom ze is zoals ze is.

Ik vond het een erg mooi en aangrijpend boek en kon het bijna niet wegleggen als ik aan het lezen was. Zo graag wilde ik weten hoe het af zou gaan lopen. Echt de moeite waard dus!

vj

Guilty / not guilty

Een vragenlijstje dat op mijn oude blog best heel interessante reacties opleverde. Vertel: maak(te) jij je wel eens schuldig aan het onderstaande?

  1. Neuspeuteren en daarna de oogst opeten of op de grond gooien.
  2. Lezen op de wc.
  3. Nagelbijten.
  4. Stiekem snoepen.
  5. Roddelen.
  6. Scheten laten en keihard beweren ‘it wasn’t me!’.
  7. Belletje trekken.
  8. Anoniem op blogs reageren en dan een stomme reactie plaatsen.
  9. Winkeldiefstal.
  10. Tegen je vriend(in) zeggen dat je haar/zijn nieuwe outfit geweldig vindt, terwijl je eigenlijk vindt dat het absoluut niet staat.

Om de antwoorden gemakkelijker te kunnen lezen, selecteer de vragen, control c en control v in het reactieveld.

Tafels

Kleine Zus lijkt op haar mama. Mama kan niet goed rekenen en Kleine Zus ook niet. Overigens lijkt ook Grote Zus wat dat betreft op haar mama, al valt het tot nog toe heel erg mee met bijvoorbeeld Wiskunde (afkloppen), maar dat, zoals zo vaak, geheel terzijde.

Kleine Zus zit nu in groep 5 en in groep 5 is het de bedoeling dat de kinderen hun tafeldiploma halen. Kleine Zus vindt de tafels echt heel erg moeilijk. Het automatiseren lijkt haar maar niet te lukken met als gevolg dat veel hogere tafels haar steeds opnieuw veel te veel tijd kosten. Dat is frustrerend. Voor het kleine meisje natuurlijk het meest, maar ik merk aan mezelf dat ik af en toe wel zoiets heb van ‘jemig, weet je het nu nog niet?’. Je ziet, niets menselijks is mij vreemd.

Inmiddels heeft ze de meeste tafels redelijk onder de knie, maar ze blijft het moeilijk vinden en het kost haar veel ruim. Ze oefent via een speciale website waar ze uiteindelijk ook haar tafeldiploma kan gaan halen. Ach, als ze op haar zus lijkt, dan gaat het vast lukken. Ooit.

Helpen bij rekenen is trouwens best moeilijk geworden vind ik. De kinderen van nu leren het maken van sommen op een heel andere wijze dan dat wij die vroeger deden. Het verschil waarop wij vroeger een staartdeling leerden en hoe men dat nu doet is enorm. Ha, ik durf gerust te stellen dat ik van die nieuwe methode de ballen niet snap. Maar het wordt dan dus wel lastig om je kind te helpen.

Ik mag denk ik wel de conclusie trekken dat de meiden mijn taalgevoel en liefde voor boeken en schrijven zonder meer hebben overgenomen. Dat geldt helaas dus ook voor mijn cijferkundige non-talent. Wat dat betreft had Mr. T. misschien toch wat beter zijn best moeten doen. 😉

Hoe zit dat bij jou? Taalgevoel of gek op cijfertjes? En bij je eventuele kinderen?

Geschiedenislesje

Lieve mensen, naast een soort van geschiedenislesje wordt dit logje ook een kleine ode aan mijn werk. Ik hoop dat jullie het me kunnen vergeven en hopelijk zelfs het hele logje lezen. Je wordt er altijd wijzer van zullen we maar zeggen.

Een onderdeel van mijn werk bestaat namelijk ook uit het regelen van een museumbezoek van groep 8-ers uit onze gemeente naar een oorlogs- en bevrijdingsmuseum hier in de buurt. Ik vind het belangrijk dat er blijvend aandacht besteed wordt aan de verschrikkelijke dingen die hier al weer zoveel jaar geleden gebeurd zijn. Mensen die de Tweede Wereldoorlog bewust meegemaakt hebben, zijn er steeds minder dus verhalen uit de eerste hand verdwijnen. Maar geschiedenis is er om gehoord te worden en om doorgegeven te worden. Vandaar dat onder andere dit museumbezoek gestimuleerd wordt vanuit de gemeente.

De schoolkinderen krijgen van te voren een uitgebreide lesbrief waarin allerlei informatie gegeven wordt over hoe het in Duitsland zo ver heeft kunnen komen dat de NSDAP zo populair werd. Er wordt verteld over de Jodenvervolging, de Kristallnacht (ik heb nooit geweten dat de moord op een Duitse ambassademedewerker in Parijs door een 17-jarige Joodse jongen door de nazi’s aangegrepen werd om de aanzet te geven tot wat later bekend zou worden als de Kristallnacht) en nog veel meer.

Vanuit Kamp Westerbork, voor 1940 juist in gebruik om uit Duitsland gevluchte Joden op te vangen, worden door de nazi’s 97.737 Joden op transport gesteld naar een viertal concentratiekampen (Auschwitz, Buchenwald/Ravensbrück, Sobibor en Theresiënstadt). Van deze 97.737 overleven 2.863 Joden het verblijf in die kampen! Ik krijg het gewoon koud als ik dit soort verhalen lees. De ongekende wreedheid van de mens!

Het feit dat de Tweede Wereldoorlog uiteindelijk toch verloren werd door Duitsland komt vooral door het feit dat het Duitse leger in 1940 de Battle of Britain verloor en zich vervolgens richtte op de hopeloze, maar dat wisten ze in het begin natuurlijk niet, strijd in Rusland. Toen Amerika uiteindelijk bij de Tweede Wereldoorlog betrokken raakte was Engeland natuurlijk een fantastische uitvalsbasis voor de start van Operatie O.verlord op 6 juni 1944 (wat wij natuurlijk allemaal kennen als D-Day).

Op 17 september 1944 startte O.peratie M.arket G.arden en die operatie is van groot belang geweest voor het gebied waar wij wonen. Een onderdeel van O.peratie M.arket G.arden was dat parachutisten en luchtlandingstroepen de weg van Neerpelt in België via Eindhoven naar Nijmegen zouden veroveren, de aanliggende dorpen en steden aan die weg bevrijden en ook de bruggen bezet houden. De schoolkinderen krijgen dan ook veel informatie over deze operatie. Helaas werd deze operatie geen succes. Er stierven vele soldaten (en burgers) tijdens de operatie.

Dit werd mede veroorzaakt door het slechte weer in de week van 17-24 september, de slechte communicatie tussen de legeronderdelen, de te korte voorbereidingstijd en de onverwacht felle tegenstand van de Duitsers. Door het mislukken van dit deel van O.peratie M.arket G.arden duurde de oorlog uiteindelijk nog tot mei 1945. Het nog bezette deel van Nederland leed vervolgens, mede door de spoorwegstaking van 1944, onder de hongerwinter.

Vandaag is het dus 69 jaar geleden dat M.arket G.arden begon. Ik kan er me gewoon geen voorstelling van maken. Jonge jongens uit verre landen die hier naar toe komen om een hen waarschijnlijk totaal onbekend land te bevrijden van de Duitsers. Velen van hen sneuvelen in de strijd. Het is toch belangrijk dat we dit soort dingen blijvend herinneren?

Volgend jaar is het 70 jaar geleden dat de operatie van start ging. Dat gaat op grootste wijze herdacht worden waarin onze gemeente een prominente plaats inneemt. Dit weekend was het officiële startsein voor het komende jaar en haalde men zelfs veelvuldig de landelijke pers. Ik ben vanuit mijn werk nauw betrokken bij deze herdenking en dat vind ik, naast het feit dat het gruwelijk spannend is (ik vervul de rol van projectleider), ook helemaal geweldig!

Tot zover deze geschiedenisles.

Ik vraag me nu af: heb jij eigenlijk iets met geschiedenis?