Hieperdepiep …

Hieperdepiep hoera voor mijn moeder die morgen 72 jaar jong wordt!

Maar nog veel jongerder was ze hier op deze foto’s. Hierboven met een klein Mrs. Teetje in haar armen.

Of hierboven: cadeautjes gekregen met sinterklaas!

En kijk ‘ns wat wij goed samenwerken aan een heuse sneeuwpop.

Lieve mam: alvast van harte gefeliciteerd! Dikke kus!!!

Kleine zwarte leugens * Papadag * De ondergrondse spoorweg

Laat ik beginnen met ‘Kleine zwarte leugens‘ van Sharon Bolton.

Wat is het ergste wat je beste vriendin je kan aandoen?
Het was geen opzet. Een moment van onoplettendheid, een tragisch ongeval – en twee kinderen komen om. Die van jou. Op een eiland met maar weinig inwoners is het onmogelijk om de vrouw die je leven kapot heeft gemaakt te ontlopen. Elke toevallige ontmoeting is een pijnlijke herinnering aan alles wat je hebt verloren: je gezin, je toekomst, je gezond verstand. Hoe lang duurt het dan nog voordat de gedachte aan wraak onweerstaanbaar wordt? Dus nu… wat is het ergste wat jij je beste vriendin kunt aandoen?

Ik vond dit een fascinerend boek en dat lag grotendeels aan het feit dat het zich afspeelt op de Falkland Eilanden en dat het zijdelings gaat over de oorlog die er zich afspeelde. Het lijkt wel alsof PTSS in steeds meer boeken een rol speelt want ook een van de hoofdpersonages in dit boek lijdt daaronder. Kijk, ik woon in een dorpje met zo’n 1800 inwoners maar op de Falkland Eilanden wonen niet eens 3000 mensen en het is ook nog ‘ns gruwelijk afgelegen. Een bijzondere woonomgeving dus waarin de sociale samenhang grotendeels bepaald hoe fijn (of niet fijn) je leven is. Ja, een bijzonder boek.

Papadag‘ van Jet van Vuuren dan. Heus, het is echt geen jaloezie, maar hoe is het toch mogelijk dat er steeds maar weer zoveel simpel aandoende boeken van Nederlandse schrijfsters verschijnen.

Heleen is single, woont in Weesp en lijdt aan een vorm van vroege dementie. Als haar thuishulp wegvalt door bezuinigingen, wordt er een beroep gedaan op haar enige dochter Maud. In overleg met haar man Erik, laat Maud haar gezin en hun bedrijf op Walcheren achter om tijdelijk haar intrek te nemen op een flatje in de buurt van haar moeder, Heleen. Wat echter niemand weet, is dat Maud niet alleen om nobele redenen mantelzorg verleent aan haar moeder, maar uit bittere noodzaak. Maud wordt namelijk via Facebook gestalkt en gechanteerd. Iemand uit Heleens verleden zegt te weten dat Heleen ooit haar bloedeigen zus – de tante van Maud – heeft vermoord. En volgens deze stalker zijn er meer zaken die het daglicht niet kunnen verdragen en Maud en haar gezin kunnen ontwrichten…

Het is allemaal zo simpel geschreven, zo onwaarschijnlijk en rommelig. Waarom ik het boek dan toch uitlas? Tja, omdat het zo simpel leest en het dus ook weinig tijd en doorzettingsvermogen kost. En dat doorlezen had uiteindelijk nog wel als resultaat dat ik het boek toch nog enigszins onder de indruk ‘dichtsloeg’. Want dat einde, dat was toch wel heel goed gevonden. Maar goed om een boek alleen aan te raden voor de laatste vijf pagina’s, dat is ook zo wat.

En tenslotte las ik van Colson Whitehead ‘De ondergrondse spoorweg‘.

Cora is slavin op een katoenplantage in Georgia. Haar helse leven staat op het punt om nog erger te worden: de wrede eigenaar heeft zijn oog op haar laten vallen. Ze besluit om te vluchten, en met hulp van de Ondergrondse Spoorweg (een clandestien netwerk van antislavernijactivisten) begint ze een lange, huiveringwekkende reis door de zuidelijke staten van Amerika richting het vrije Noorden, met de slavenpatrouille op haar hielen.

In dit boek is de ondergrondse spoorweg ook écht een ondergrondse spoorweg waarmee Whitehead een interessante metafoor heeft bedacht voor het netwerk dat ontsnapte slaven hielp. Het boek zelf is soms wat moeilijk te lezen vond ik, maar het beschrijft regelmatig tot in de verschrikkelijkste details hoe plantagehouders met hun slaven omgingen en hoe blanke mensen zich superieur voelden ten opzichte van de donkere mensen. De vraag doet zich dan af en toe voor: als je opgroeit met steeds maar weer dezelfde indoctrinatie mag je het mensen dan kwalijk nemen dat ze zijn wie ze zijn? Mogen wij met de kennis van nu, hen dat kwalijk nemen? Zeker wel als het gaat om de gruwelijkheden die men richting de slaven beging, maar verder? Ik weet het niet hoor.

Het boek beschrijft vanuit diverse personages de gebeurtenissen en ik vond vooral het stukje aan het eind van het boek over de moeder van Cora echt zo triest, zo triest. Maar goed, dat snap je pas als je het boek zou gaan lezen. En dat moet je dus helemaal zelf weten, maar ik kan het je wel aanraden.

  

Appje

Ik kreeg van De Student laatst een appje met daarin onderstaande foto en de tekst ‘Hahahaha, heb jij even geluk dat je in Nederland woont! 🙂 🙂 :-)’.

En gossie, ik moest wel even slikken hoor. ‘In Frankrijk riskeren ouders die zonder toestemming van hun kinderen foto’s van hen op social media plaatsen 1 jaar gevangenis en een boete van 45.000 euro’. Wat vind ik daar nou eigenlijk van? Eerlijk gezegd vind ik het zwaar overdreven. Althans, als de foto’s die je plaatst gewone, normale huis-, tuin- en keukenfoto’s zijn. Foto’s die laten zien hoe trots je op je kind bent, wat je samen voor leuks hebt gedaan (of wat zij voor leuks heeft gedaan), of wat je voor spannends hebt gedaan. Of als je iets heel moeilijks hebt gedaan en dat je dan geslaagd bent. Of misschien juist dat je niet geslaagd bent maar dan met de boodschap dat je toch trots bent. Altijd. En dat je altijd van je kind houdt.

Ik heb hier jarenlang vele, vele foto’s van de meiden geplaatst. Inmiddels zitten alle foto’s waar de meiden herkenbaar op staan achter een wachtwoord. Maar ik plaats op mijn beide facebookaccounts ook regelmatig foto’s van de meiden. Nou zijn die allebei wel afgeschermd, maar ja, dat biedt natuurlijk geen garantie dat niemand er met die foto’s vandoor gaat. Eerlijk gezegd, zou me dat niet eens zo heel erg boeien. Want het zijn normale foto’s. Foto’s met mooie meiden/mensen erop.

Want wat ik dus nooit zou doen is stomme of kwetsende foto’s plaatsen. Of, nog erger, gênante foto’s of naaktfoto’s. En ik zou de meiden ook nooit of te nimmer belachelijk maken op social media of dit blog. Natuurlijk niet.

Maar goed: vanaf welke leeftijd zouden kinderen toestemming moeten geven voor het plaatsen van foto’s door hun ouders? Echt, De Student vindt dat ze echt nooit, nooit, nooit mooi op de foto staat. Tegelijkertijd snapchat ze wat af (zou het tijdelijke karakter daar maken dat ze dan wel tevreden is), zit ze op instagram en facebook. Ik vind dat 97,65% van de foto’s van De Student echt prachtig is. Ik ben trots op haar. Ik ♥ haar, en dat mogen anderen ook wel zien. Daarbij: zij en De Scholier zijn een groot deel van mijn leven. Als ik daar niets meer over zou mogen plaatsen/schrijven dan zou ik dus een groot deel van mijn leven niet meer mogen delen/beschrijven en dat vind ik echt heel gek.

Het is wel zo dat ik inmiddels de foto’s niet meer plaats zonder dat ik het even meld (en soms vraag ik ook wel vooraf toestemming, het ligt aan wat ik wil plaatsen). Ik heb op facebook overigens maar één jeugdige vriend en laat dat nou net De Student zijn. En zolang ik haar niet tag, zien haar vrienden mijn plaatsels dus bijna nooit.

Wat wilde ik nou eigenlijk met dit logje zeggen? Uh, ik weet het niet meer zo goed. Wat ik wel weet is dat mijn eerste reactie op de foto van De Scholier er een was van ‘belachelijk, een kind is een deel van je leven, dat mag dan toch ook gezien worden’. Als je maar nadenkt over wat je deelt en hoe je het deelt, dan lijkt er mij niets aan de hand.

Hoe ga jij daarmee om? Deel je foto’s van je kinderen of anderen? Vraag je toestemming of doe je maar wat?

Drie generaties


Op een bijzondere datum, het is immers de sterfdatum van mijn oma, een foto van haar, mijn moeder en mij. Ik heb mijn fotoalbums er afgelopen weekend ‘ns op nageslagen en ik er zijn maar een paar foto’s waar wij met z’n drietjes op staan. Wat me trouwens ook heel erg opviel is dat ik veel meer foto’s heb waar mijn vader en ik opstaan dan foto’s waar mijn moeder en ik opstaan. Net zoals ik nu, maakte mijn moeder dus duidelijk bijna altijd de foto’s. En hebben mijn meiden echt duizenden en duizenden foto’s -en dat op hun jonge leeftijd- als ik er 200-300 heb van mijn hele jeugd dan is het veel. Ik moet wel eerlijk bekennen: ik heb ze niet geteld, maar het zijn er niet heel veel. Maar misschien is 200-300 weer wel heel veel voor die tijd (1970-1990) en moet jij het met veel minder foto’s doen?

Zoals ik mijn oma de allertofste oma vond die een kleinkind zich kan wensen, zo vinden mijn meiden mijn moeder de allertofste oma van de wereld. Wat is het toch heerlijk als die lijn zich voorzet. Dus wie weet word ik ooit, in een verre toekomst, ook een heel toffe oma. Ik weet het niet hoor. Waarschijnlijk werk ik dan nog volop dus zal er minder tijd zijn om (oppas?)oma te zijn. En zoals ik nooit een knutsel- en speelmoeder geweest ben voor De Student en De Scholier (ik ben gewoon ook niet zo’n klein grut mens), verwacht ik niet dat ik dat met mijn kleinkinderen wel veel zal doen. Maar ik zal ze wel voorlezen en vooral heel veel knuffelen en, als ze wat groter zijn, vooral goede gesprekken met ze voeren. Tenminste, dat hoop ik. Ik weet wel dat mijn moeder ontieglijk blij is met en trots is op haar vier kleinkinderen en dat ze het omaschap echt helemaal fantastisch vindt.

Wat voor oma ben jij of zou je willen zijn? En hoe zit dat met jou: heb je veel foto’s van vroeger?

Nieuwe aliassen

Ik kan er niet meer onderuit: Grote Zus en Kleine Zus, het dekt de lading totaal niet meer. Ten eerste is Kleine Zus inmiddels op een paar centimeter na net zo groot als Grote Zus wat dan weer wil zeggen dat ik eigenlijk zo goed als bijna de kleinste in huis ben. Misschien moet ik mezelf dus maar Kleine Mama gaan noemen? Het is maar goed dat ik met Mrs. T. volmaakt tevreden ben. Maar wat de meiden betreft is het heus tijd voor nieuwe aliassen.

Bedoelde ik met Grote Zus en Kleine Zus eerst nog hun lengte, het had natuurlijk ook op hun leeftijd kunnen slaan. Maar ja dan is Oudste Zus en Jongste Zus natuurlijk veel logischer. Dat leek, althans dat vond ik destijds, te veel op de aliassen die ze hadden op mijn blog van lang gelee, dus viel daarmee af. Dat oude blog is al zo lang geleden inmiddels dat Oudste Dochter (OD) en Jongste Dochter (JD) eigenlijk best kunnen. Of Oudste Zus (OZ) en JZ (JZ)? Mwah, ik word van OZ en JZ niet echt warm. OD en JD vind ik wel wat hebben.

Ik kan natuurlijk ook kiezen voor ‘De Student’ voor Grote Zus en ‘De Middelbare Scholier’ voor Kleine Zus. Ook al moet ze nog een stuk of vijf maanden naar groep acht, eigenlijk zijn dat misschien best leuke namen..

Wat ook zou kunnen is hun echte namen omdraaien, maar dat slaat natuurlijk helemaal nergens op. Of alleen de eerste letter van hun naam gebruiken. Maar dat vind ik ook niet tof.

Of alles toch maar bij het oude laten? Nee, dat ook niet. Kleine Zus is gewoon niet meer klein. En Grote Zus is dan misschien wel de oudste, volgens de kinderarts zal ze straks de Kleinste Zus zijn want Kleine Zus gaat haar waarschijnlijk een centimeter of 10-12 voorbij waar het lengte betreft. Het is potjeverdulleme nog best lastig hoor, nadenken over leuke bijnamen voor mijn bloedjes van kindertjes. Op dit moment vind ik ‘De Student’ en ‘De scholier’ wel iets hebben. Ik zal er ‘ns een paar nachtjes over gaan slapen.

En no worries, wat in ieder geval bij het oude blijft is dat mijn lief mijn enige echte stoere Mr. T. blijft. En uiteraard blijf ik gewoon ik oftewel Mrs. T.

Wat vinden jullie? Denk je: waar maak je je druk om of vind je dat aliassen goed moeten passen? Misschien heb je wel twee geniale aliassen voor mijn schatjes! Kortom: suggesties van harte welkom.

De Nix

Om het ‘niks’ te noemen gaat wat ver, maar ik vond ‘De Nix‘ nou ook niet bepaald een heel boeiend boek. En dat is eigenlijk best heel jammer, want de ‘achterflap’ belooft wat dat betreft wel iets geweldigs.

De moeder van Samuel heeft haar gezin verlaten toen hij elf jaar was. Hij hoort niets meer van haar. Als zij ruim twintig jaar later een politicus aanvalt, besluit Samuel een boek over haar leven te schrijven om zo een beeld te krijgen van haar keuzes. Het verhaal bestaat uit jeugdherinneringen van Samuel, verhalen van anderen over zijn moeder, en ervaringen van zijn moeder zelf. Maar het is ook de zoektocht naar Samuels eigen jeugd, vriendschap en de eerste liefde. Het boek geeft een prachtig caleidoscopisch beeld van de jaren zestig, de hippietijd en de anti-Vietnam demonstraties die met veel politiegeweld uit elkaar werden geslagen.

Nee, het boek kon me niet echt boeien maar ik heb het wel uitgelezen. Het suffe is echter dat ik terwijl ik dit logje schrijf (en dat is dus drie weken na het uitlezen van het boek) al niet eens meer weet hoe het boek afliep. Dat wil wel wat zeggen.

De recensent van de Volkskrant schrijft: Het boek zit vol humoristische taferelen zoals het computerspel waaraan Samuel verslaafd is en dat zijn ondergang wordt. Het zijn eigenlijk allemaal verhalen die met elkaar verbonden zijn. Deze roman is een prachtig fascinerend debuut waaruit het verhalende talent van de Amerikaanse schrijver (1976) blijkt. Maar nee, ik kan me daar niet in vinden. Het zal in dit geval dus wel weer literatuur zijn die ik niet snap.

Volwassen

Gezien bij Conny en te leuk om niet in te vullen deze ‘lekker volwassen’ tag. En al zie ik niet bij alle vragen direct wat ze met al dan niet volwassen zijn te maken hebben, ze zijn wel leuk genoeg om te plaatsen. En jij, hoe volwassen ben jij? Doe je mee?

Mijn antwoorden verschijnen vandaag ook een keer bij de reacties.

  1. Wat is het meest onvolwassen eten dat je de afgelopen week hebt gegeten?
  2. Hoe vaak ga je vóór 22:00 uur naar bed?
  3. Wat is het laatste kinderprogramma dat je hebt gekeken?
  4. Wat is het laatste dat je bent vergeten?
  5. Ben je wel eens in je pyjama naar buiten geweest?
  6. Wat is je meest ranzige gewoonte?
  7. Hoeveel enkele sokken heb je in je kast/la liggen?
  8. Welke lelijke emoji gebruik je wel eens?
  9. Wat is je meest nerderige eigenschap?
  10. Wanneer is voor het laatste het eten dat je kookte mislukt? Wat was het?
  11. Welke tik komt bij je naar boven als je je ongemakkelijk voelt?
  12. Wat was de laatste rekening die je “verstopte”?

Om de antwoorden gemakkelijker te kunnen lezen, selecteer de vragen, control c en control v in het reactieveld.

Blind date

Ik had nog nooit een blind date gehad en vorige week was het dan eindelijk zo ver. Verwachtingsvolle lezers moet ik nu echter teleurstellen, ik had geen blind date in de zin van het voor het eerst ontmoeten van een woest aantrekkelijk exemplaar van het andere geslacht want daar heb ik, dankzij mijn lieve echtgenoot, uiteraard geen enkele behoefte aan.

Nee, ik ging juist mét Mr. T. naar die blind date. Een blind date in het theater. Je koopt dus een kaartje en hebt geen idee wat voor voorstelling je gaat zien en dat kan dus van alles zijn: van cabaret tot ballet tot dans tot muziek en alles wat daartussenin zit. En dat kan dus fantastisch uitvallen, maar ook gruwelijk tegenvallen.

Mr. T. en ik hebben goede ervaringen met onze eerste blind date want we zagen een fijn stukje kleinkunst van Fred Delfgaauw. Ik had nog nooit van de goede man gehoord maar met ‘Minder=meer’ heeft hij ons allebei geraakt. Een leeg podium, een man, twee tassen met attributen die uiteindelijk allerlei aandoenlijke personages blijken te zijn. Gelachen hebben we, ademloos geluisterd en instemmend geknikt bij een aantal rake waarheden.

Wat rondlezend op zijn site leerde me dat Delfgaauw een idealist pur sang is en dat hij een heus eigen theater heeft dat op een bijzondere manier (over)leeft. Prachtig als mensen zo hun nek uit durven te steken. Hier in de gemeente doet dat ook iemand en inmiddels draait dit op volle toeren en is het een enorm succes.

Enfin: deze blind date smaakte naar meer en ik hoorde van een kennis die ik na de voorstelling trof dat de blind dates (twee per jaar) gewoon echt altijd de moeite waard zijn. Althans, dat vond zij. Een vriendin van mij ging ook een keer naar een blind date en die vond het verschrikkelijk. Dus dat kan ook …

Had jij ooit gehoord van Fred Delfgaauw en welke (misschien voor het grote publiek nog onbekende) kleinkunstenaar kun jij mij van harte aanbevelen?

Duizend kleuren blauw & Een man van goede wil

Weer twee heel fijne boeken in één logje. Zo was daar ‘Duizend kleuren blauw‘ van Nina George en man, man, man, wat heb ik van dit boek genoten.

Op een dag is Henri, voormalig oorlogscorrespondent, op weg naar de eerste ontmoeting met zijn zoon, Sam. De moeder van Sam had jarenlang dit contact geweigerd. Terwijl Henri een brug op de Theems oversteekt, ziet hij hoe een klein meisje van een schip in de rivier valt en hij springt haar na om haar te redden. Dat lukt. Maar eenmaal op de kade wordt hij aangereden, belandt in het ziekenhuis en raakt in coma. Zijn vroegere geliefde Eddie Tomlin bezoekt hem in het ziekenhuis en zij ontmoet daar ook Sam. Beiden gaan beurtelings en steeds vaker, zesenveertig dagen lang naar Henri. Er is geen enkele reactie. Maar er zijn wel dromen, de herinneringen aan zijn werk, zijn liefdes. Vanuit het wisselende perspectief van de drie personages ontstaat een boeiend beeld, zowel van het leven in het ziekenhuis als van het proces dat Eddie en Sam doormaken.

Ik vond dit een bizar mooi boek. In het begin moest ik even wennen aan de schrijfstijl en vooral ook aan hoe Sam denkt (en hoe hij voelt en ervaart), maar man, man, man wat een mooi boek. Echt ontroerend hoe George dit boek opbouwt en de dromen van Henri beschrijft en de gevoelens van Sam en Eddie. Echt supermooi gedaan. Zeer, zeer aan te raden met een ontroerend mooi einde.

En oh joy, Jack, John en Mitch hebben er weer een stoere evenknie bij. Nicolas Petrie schreef met ‘Een man van goede wil‘ een zeer aangename thriller.

Na acht jaar dienst in Irak en Afghanistan kan Peter Ash in de States enkel overleven in de vrije natuur om zo ontsnappen aan de “witte ruis’ in zijn hoofd veroorzaakt door het posttraumatische stresssyndroom waaraan hij lijdt. Als hij hoort van de zelfmoord van zijn beste vriend en wapenmakker Jimmy Johnson zoekt hij diens weduwe Dinah en haar twee zoontjes op. Hij steunt hen door te helpen met wat klusjes rondom het huis. Onder een kapotte veranda ontdekt hij een koffer gevuld met cash en explosieven en een monsterlijke hond die hij ternauwernood in bedwang kan houden. Ash wil de kwestie uitspitten en ontdekt al snel dat ook anderen op de buit uit zijn. Bovendien vindt hij aanwijzingen dat Jimmy geen zelfmoord pleegde, maar vermoord werd. Zijn onderzoek wordt een tocht vol levensbedreigend gevaar, waarbij geldgewin mensen over lijken doet gaan.

Ik vond vooral de aandacht die Petrie geeft aan de PTSS echt een meerwaarde geven aan dit boek. En verder is Peter Ash net zo’n stoere en onverschrokken vent als Jack, John en Mitch. Ze zijn inmiddels dus al met z’n viertjes, kunnen ze mooi een potje rikken. 😉 Ook dit boek is wat mij betreft dus een aanrader.

Financien

Grote Zus wordt in augustus 18. ACHTTIEN!!! Waar is mijn kleine baby’tje toch gebleven? Maar goed, achttien dus en dan verandert er wel teenentander. Zo mag ze vanaf dat moment gaan stemmen en ook zonder begeleiding in een auto rijden. Voor dat laatste moet ze trouwens wel een rijbewijs hebben en ze taalt nog helemaal niet naar lessen en zo, dus hoe ver ze daarmee is als ze 18 is weet ik niet. En ze mag, zeker niet onbelangrijk en voor haar eigenlijk het allerbelangrijkst gewoon bij elke uitgaansgelegenheid naar binnen. En dat, dames en heren, is natuurlijk helemaal de hemel!

Op financieel gebied zullen er ook dingen veranderen. Zo is ze vanaf dat moment helemaal alleen verantwoordelijk voor haar geld. Al sinds de geboorte van beide meiden sparen we voor hen. Inmiddels staan er op hun spaarrekeningen best mooie bedragen. Dat geld is vooral bedoeld voor als de meiden later uit huis gaan. Voor de uitzet, meubels en dat soort zaken. Het is niet bedoeld voor vakanties, kleding of een auto. En het is niet per se bedoeld voor het afbetalen van een eventuele studieschuld, want daar hebben we nog een ander potje voor, maar dat staat niet op naam van de kinderen.

Als Grote Zus dus straks 18 is, dan kan ze in principe ook gewoon bij haar spaargeld. Nou vind ik Grote Zus een verstandige meid, maar dat vind ik toch best wel een dingetje. Want stel dat ze straks onverstandig met dat geld omgaat dan zou ik dat toch wel heel erg kl*te vinden. Grote Zus heeft inmiddels aangegeven dat ze het prima vindt dat wij wel gewoon ook haar rekeningen blijven zien zodat we de boel nog een beetje kunnen monitoren.

Voor Grote Zus lenen we iedere maand bij DUO een bedrag. Dat geld ontvangt ze op haar eigen rekening en ze is daarmee verantwoordelijk voor het zelf betalen van het collegegeld, boeken en andere uitgaven voor haar studie. Haar studieschuld lossen we dan na afloop in één keer af uit dat potje ‘studerende kinders’. Eigenlijk is dat lenen dus helemaal niet nodig, maar wij denken dat ze op deze manier (nog) beter om leert gaan met geld en de rente die je aan DUO betaalt is verwaarloosbaar.

Ik realiseer me uiteraard dat niet iedereen in de gelegenheid is om (veel) te sparen voor hun kinderen (en voor zichzelf), maar wij zijn daar -naast het feit dat we voldoende verdienen om te überhaupt te kunnen sparen- toch ook wel vrij bewust mee bezig. Niet in het minst omdat we zo zijn opgevoed door onze ouders: ‘Je geeft geen geld uit dat er niet is, je spaart voordat je iets koopt en de enige schuld die je mag hebben is een hypotheek’. Ik kreeg, toen ik uit huis ging, van mijn ouders ook een mooi bedrag mee en voor Mr. T. gold hetzelfde. En tja, dat zit dan blijkbaar toch een beetje in de aard van het beestje.

Grote Zus werkt al sinds haar veertiende en wij vinden dat ook belangrijk. Op die manier leren ze dat het niet vanzelf gaat en dat je moeite moet doen voor je geld. Haar baan bij de champignonkweker vond ze echt helemaal niet tof maar ze is wel zo’n drie jaar lang elke zaterdagochtend daarheen gegaan. En trots dat ze was op haar zelf verdiende geld! Ze heeft een tijdje twee baantjes tegelijk gehad, bij die champignonkweker en bij een friettent hier in het dorp. Mei vorig jaar is ze naar haar eindexamen bij een lunchroom begonnen en daar heeft ze sindsdien heel wat uren gedraaid. De friettent stopte en zelf stopte ze bij de champignonkweker maar bij de lunchroom is ze nog steeds iedere week aan het werk. Ze zijn daar erg tevreden over haar inzet en hebben haar voor de komende zomerperiode alweer volop ingepland.

Grote Zus ontvangt nog steeds iedere maand € 50,= kleedgeld (wij hebben nog nooit gehoord van indexering) en ook nog steeds € 20,= zakgeld. We betalen voor haar het sporten (contributie voetbal en sinds een tijdje de sportschool en dat kost € 110,= voor 20 lessen). Als ze straks 18 is, dan betekent dat dat er in ieder geval een zorgverzekering voor haar afgesloten moet worden. Ik weet nog niet zo goed wat we daarmee moeten en ik weet ook nog niet zo goed wat we met dat kleedgeld en zakgeld moeten. Wat is wijsheid in dezen?

Ik vind haar school het allerbelangrijkste maar dat betekent dat ze een beperkt aantal uur per week kan werken. En om haar alle vakanties volop te laten werken is ook niet de bedoeling. Er moet tenslotte ook af en toe tijd zijn voor echte vakantie. Daarbij: het betaalt nu ook weer niet zo heel erg goed en dat ze moet gaan werken voor onder andere het betalen van haar zorgverzekering dat wil ik weer niet. Aan de andere kant wil ik ook niet alles zo door laten lopen als dat het nu loopt. Dus kleed-, zak- en sportgeld en dan nog een zorgverzekering betalen. Maar wat is wijsheid? Een x-bedrag per maand aan haar geven en dat ze de rest zelf bijverdiend? Haar leenbedrag bij DUO wat verhogen? Of toch alles zo door laten lopen? Je ziet, een boel vragen. En wie weet heb jij daarvoor wel goede tips?

Kortom: hoe heb jij dit soort dingen opgelost toen je kind 18 werd. Of hoe deden je ouders dat toen jij ging studeren?

 

Beschermd: Open dag

Deze inhoud is beschermd met een wachtwoord. Vul hieronder je wachtwoord in om het te bekijken:

Geplaatst in Gebroed | Voer je wachtwoord in om reacties te bekijken.

1x bijzonder en 2x mwah

Ik las drie boeken vorige week. Eentje daarvan was op z’n minst bijzonder te noemen, het tweede heb ik niet eens uitgelezen (en dat overkomt me niet vaak) en het derde was dus vooral mwah.

Methode 15/33‘ van Shannon Kirk is een heel bijzonder boek namelijk.

Stel je voor: een hulpeloos, zwanger meisje van 16 dat net uit de veiligheid van haar eigen omgeving is gerukt en in een smerige bestelwagen is geduwd. Ontvoerd… Alleen…Doodsbang.Vergeet haar nu…Stel je in plaats daarvan een zwanger, manipulatief wonderkind voor. Ze wordt in een smerige bestelwagen geduwd en voelt vanaf het eerste moment van haar ontvoering een koelbloedig verlangen naar twee dingen: haar ongeboren kind redden en genadeloos wraak nemen. Ze gaat methodisch, berekenend en wetenschappelijk te werk bij het maken van haar plan. Niets laat ze aan het toeval over, onverstoorbaar maakt ze haar berekeningen en oefent ze, terwijl ze wacht… op het perfecte moment om toe te slaan.

Het is eigenlijk een beetje eng om te lezen hoe Lisa met haar ontvoering omgaat. Ze heeft ‘knopjes’ waarmee ze emoties aan en uit kan zetten en komt dus zeer koel (zeg eigenlijk maar ijskoud) over. Tijdens haar gevangenschap plant ze haar ontsnapping en alledaagse voorwerken benoemt ze tot #voordelen om daarmee die ontsnapping ook echt te realiseren. Het boek volgt Lisa gedurende haar zwangerschap al vertelt ze haar verhaal 17 jaar na dato. Een ander deel van het boek wordt vanuit het oogpunt van een FBI-rechercheur vertelt. Halverwege is er ineens een heel grote verrassing die ik niet aan had zien komen en dat vond ik een erg bijzondere twist in het verhaal. Het verhaal is goed leesbaar, maar toch ook wel wat vergezocht en dat laatste maakt dat ik niet superenthousiast ben. Ik las dat de filmrechten al verkocht zijn en dat kan ik me dan weer wel voorstellen, want ik geloof dat dit een zeer spannende, psychologische, film zou kunnen zijn.

Nummer twee was ‘Brief aan mijn dochter‘ van Abdelkader Benali.

Als aanstaande vader schrijft Abdelkader Benali (1975) een brief aan zijn dochter. Het is voor een deel een typisch vaderboek, met openhartige passages over liefde, zwangerschap en toekomstdromen. Maar het is veel meer dan dat: Benali geeft aan zijn dochter zijn familiegeschiedenis door. Op een vanzelfsprekende manier weet hij daarbij steeds het persoonlijke met het grotere geheel te verbinden. Zijn familie is exemplarisch; zijn moeder, die een kruisje zet in plaats van een handtekening, staat voor een hele generatie aan geëmigreerde moeders. En zo laat Benali gaandeweg ook aan zijn dochter zien in wat voor land, in wat voor tijd zij geboren wordt. Al vertellend over de welgestelde elite en de achterstandswijken – werelden die hij allebei van binnenuit kent – trekt hij harde conclusies over ongelijkheid en discriminatie. Benali staat bekend om zijn brede taalregister, hij schakelt soepel tussen lyrische metaforen en heldere puntigheid. Dat werkt bijzonder goed bij deze brief, die vertelling, analyse en betoog ineen is.

Ik vraag me echt oprecht af wanneer de dochter van Abdelkader oud genoeg is om te begrijpen wat haar vader allemaal schrijft. Mij lukt het in ieder geval niet en, hoewel het geen dik boekje is, heb ik het halverwege toch weggelegd. Het sprak me helaas totaal niet aan. Jammer.

Als laatste las ik ‘Te lijf‘ van Isa Hoes en Medina Schuurman.

In ‘Te lijf’ halen Isa Hoes en Medina Schuurman de overgang uit de taboesfeer. Met open vizier en eerlijke pen onderzoeken zij niet alleen de veranderingen in lijf, hoofd en hart – rimpels, opvliegers en stress – maar ook die op het terrein van vriendschap, seksualiteit, zingeving, moederschap en werk. Tijdens hun zoektocht praten zij met deskundigen – van hormoonarts tot filosoof, van seksuoloog tot voedingsexpert – en experimenteren ze met onder andere botox, rebalancing, trilapparaten en readings.

Dit boek heb ik wel helemaal uitgelezen maar ook hier werd ik niet echt heel erg warm. Af en toe lijkt het alsof Isa en Medina denken dat wij allemaal geen benul hebben van de overgang maar dat lijkt me eerlijk gezegd wat ‘betuttelend’. Zou het echt zo zijn dat vrouwen van mijn leeftijd geen idee hebben wat hen te verwachten staat? En mocht dat echt zo zijn, zijn er dan vrouwen die niet zelf op internet gaan zoeken rondom het fenomeen overgang? Kijk, dat (tientallen) jaren de overgang onbekend was, daar kan ik me van alles bij voorstellen, maar nu nog?

Ik had denk ik wat meer echte informatie over de overgang verwacht en wat minder zweverige therapietoestanden. Verder blijf ik erbij dat ook actrices bij hun leest moeten blijven. Het eerste boek van Isa Hoes vond ik, zeer tegen de hype in, al niet al te best. En ook dit boek is niet echt heel plezierig te lezen.


Wil je een anders dan anders boek lezen: ga dan voor ‘Methode 15/33’. De andere twee boeken mis je, volgens mij althans, niet heel veel.

Hij kent me vrij goed

Bij Mammalien zag ik laatst een leuk lijstje. Toen dacht ik al dat ik mijn manneke maar ‘ns moest vragen het ook in te vullen en verhip. Dat deed ie nog ook zonder morren.

  1. Ze zit voor de tv, waar kijkt ze naar?
    Zijn antwoord: TV.
    Mijn reactie: ik ♥ (zijn) humor.
  2. Noem iets wat ze niet lust.

    Zijn antwoord: zuurkool.
    Mijn reactie: klopt!
  3. Jullie zijn uit eten, wat bestelt ze te drinken?
    Zijn antwoord: rode wijn.
    Mijn reactie: in de winter rode wijn inderdaad (en het is tenslotte winter nu dus ik keur hem goed). In de zomer trouwens droge witte.
  4. Wat is haar schoenmaat?
    Zijn antwoord: 39.
    Mijn reactie: klopt. Al had ik vroeger maat 40. Op de een of andere manier zijn mijn voeten gekrompen of is er iets veranderd aan de maatvoering.
  5. Als ze spullen zou verzamelen, wat zou dat dan zijn?
    Zijn antwoord: snuisterijtjes.
    Mijn reactie: mwah, ons huis is al tijden meer dan voldoende gevuld met snuisterijtjes. Less is more in dat verband denk ik en er komt maar heel, heel zelden nog iets bij dat ik zelf koop. Maar welke spullen dan wel? Uh: kleren dan maar, of zijn dat geen spullen?
  6. Wat is haar favoriete broodje?

    Zijn antwoord: zalm.
    Mijn reactie: yep! Een stoere bruine ‘bol’ met wat rucola, pijnboompitjes, kruidencreme en zalm. Je mag er me bijna voor wakker maken. Bijna …
  7. Noem iets wat ze elke dag zou eten als het kon.
    Zijn antwoord: brood.
    Mijn reactie: klopt alweer. Ik vind, vers, brood echt heerlijk. En dan van zo’n ongesneden donkere rakker dikke sneden afsnijden, boter erop en dikke plakken oude kaas. Heerlijk!
  8. Wat is haar favoriete ontbijtje?
    Zijn antwoord: muesli met yoghurt.
    Mijn reactie: bijna goed → cruesli met biogarde.
  9. Wat is haar favoriete muziek?

    Zijn antwoord: Jim Croce.
    Mijn reactie: ‘Time in a bottle‘ is inderdaad mijn allermooiste liedje. Maar favoriete muziek gaat wel wat verder en ik heb wat dat betreft een vrij brede smaak.
  10. Wat is haar favoriete sportteam?
    Zijn antwoord: geen.
    Mijn reactie: klopt.
  11. Welke kleur hebben haar ogen?
    Zijn antwoord: bruin.
    Mijn reactie: klopt. Zou ook wel heel jammer zijn als hij dat verkeerd had gehad natuurlijk. ;-). De meiden hebben, tot hun verdriet, ook mijn kleur ogen geërfd. Die van manlief zijn blauwgrijzig.
  12. Wat doe jij, waarvan ze zou willen dat je het niet doet?
    Zijn antwoord: de popiejopie uithangen.
    Mijn reactie: klopt als een bus. Daar heb ik zo’n hekel aan. Ik vind het wel stoer dat hij het durfde op te schrijven.
  13. Waar is ze geboren?
    Zijn antwoord: thuis op de plek waar nu de televisie staat.
    Mijn reactie: correct.
  14. Je bakt een taart voor haar verjaardag, wat is haar favoriet?
    Zijn antwoord: appel.
    Mijn reactie: mmm, ik denk dat hij nu toch echt even zijn eigen voorkeur de boventoon laat voeren. Ik ben echt dol op mon chou taart. Als is de appeltaart van de Jumbo ook niet te versmaden.
  15. Wat voor sporten heeft ze allemaal gedaan?
    Zijn antwoord: voetbal, fitness en conditietraining.
    Mijn reactie: klopt.
  16. Wat zou ze uren kunnen doen?
    Zijn antwoord: lezen, computeren en spelen op haar tablet.

    Mijn reactie: en wederom correct.
  17. Wat voor een uniek talent heeft ze?
    Zijn antwoord: alles onthouden en zeer stellig over komen.
    Mijn reactie: ik vind dat alles onthouden nogal meevallen. Ik vergeet heel erg veel. Maar misschien onthoud ik de echt belangrijke dingen wel. Stellig overkomen, dat kan ik me voorstellen. Maar of dat altijd een talent is?
  18. Hoelang zijn jullie al samen?
    Zijn antwoord: ruim 22 jaar.
    Mijn reactie: klopt.

Goed: een mooie uitkomst dus nietwaar?

En ben jij nog onvermoede dingen over mij tegengekomen hier? Kan het me eigenlijk niet voorstellen want ik ben een open boek geloof ik. Mocht je je nog iets afvragen echter, meldt het en wie weet ga ik (of Mr. T.) er ook nog op antwoorden.