Vandaag precies een week geleden schreef ik een bericht op Facebook waarin ik onder andere schreef over mijn heel zieke schoonvader die uiteindelijk de dag erna zou overlijden.
Ik schreef dat bericht toen vooral om te laten zien dat het om ‘echte’ mensen gaat die Corona krijgen. Mijn schoonvader is ook echt aan Corona overleden, ja hij was oud, maar hij was fysiek nog heel erg fit en er was geen onderliggend medisch probleem. Corona werd hem echter fataal.
Zolang het je nog niet direct treft, is het misschien gemakkelijk om weg te kijken en je onoverwinnelijk te wanen, maar hier in Brabant is dat al dik twee weken absoluut niet meer aan de orde. De wereld staat echt volledig op z’n kop. Ik ken heel veel mensen die ziek zijn, mensen die voor hun leven vechten, vrienden maken zich zorgen om hun ouders. Mijn ouders heb ik al ruim twee weken niet meer aangeraakt en juist nu zou je zo graag elkaar stevig vastpakken. Het is zo raar om hen maar een enkele keer te zien en dat er dan een flinke afstand tussen ons allemaal is.
Ik schreef dat bericht ook omdat ik me mateloos irriteerde aan de vele mensen die de adviezen vanuit de overheid in de wind sloegen, de mensen die er toch -in grote getale- op uit trokken en geen afstand tot elkaar hielden. Dat was op die zondag, de sterfdag van mijn schoonvader, ook nog zo. Ik begreep daar echt niets van: je ziet toch wat er in Brabant gebeurt … Ik voelde het als een soort van plicht om mensen te waarschuwen voor wat er hier gaande is/was. Na enige aarzeling heb ik het bericht ook nog op LinkedIn geplaatst want dat is natuurlijk toch een heel ander platform. Mijn facebookbericht is ruim 1400 keer gedeeld en het bericht op LinkedIn is bijna 30.000 keer bekeken en er is volop op gereageerd. Beide berichten hebben ook verschillende media bereikt die ons benaderden met de vraag of we ons verhaal wilden vertellen?
Jemig, wat een vraag. Willen we dat? Waarom zouden we dat willen? Laat ons maar met rust. Uiteindelijk hebben we echter toch aan een drietal verzoeken medewerking verleend. Waarom we dat deden? Eigenlijk vooral omdat we denken dat het verhaal verteld moet worden. Dat bekend moet worden hoe surrealistisch het allemaal is als je net overleden vader opgehaald wordt door mensen in witte pakken met overdruk. Over het zien passeren van vier lijkwagens in amper twee uur tijd. Over welke onmenselijke keuzes er soms gemaakt moeten worden.
Maar ook over hoeveel geluk Mr. T. en zijn twee zussen eigenlijk gehad hebben dat ze de laatste week van het leven van hun vader om en om voor hem hebben mogen zorgen (hoeveel mensen sterven er op dit moment niet alleen of met maar één geliefde bij hem/haar). Maar dat dat geluk er nu ook voor zorgt dat we hier thuis al twee weken elkaar geen knuffel meer hebben mogen geven, dat Mr. T. al twee weken beneden op de bank slaapt en 1½ meter van ons vandaag moet blijven. En dat dat nog een hele week gaat duren: op 5 april mogen we elkaar eindelijk weer omhelzen. Het is nauwelijks uit te leggen hoe moeilijk dat is en hoeveel spanning dat oplevert.
Afgelopen donderdag namen we afscheid van mijn schoonvader. Dat was raar en bizar. Normaliter zou de kerk hartstikke vol gezeten hebben, nu waren er 25 mensen die allemaal in eilandjes bij elkaar zaten. Als ik naar ons gezin kijk dan is er het eilandje ‘Mr. T’ en het eiland van ‘De Student, Haar Lief, De Scholier en mij’. Kun je je de eenzaamheid van Mr. T. voorstellen? Mijn beide schoonzussen hebben geen kinderen meer thuis wonen. De ene schoonzus kiest voor minimaal contact met haar man, de andere schoonzus heeft wel gewoon contact met haar man. Maar beide schoonzussen en hun mannen hebben er wel voor gekozen absoluut geen fysiek contact met hun, in totaal, 7 kinderen te hebben (en die hebben weer partners en in twee gevallen ook weer kinderen): allemaal eilandjes dus. Zo raar, zo naar, zo bizar. Tegelijk kijken we met best een goed gevoel terug naar het afscheid (dat overigens ook nog gestreamd werd zodat andere belangstellenden het ook mee konden kijken). We hebben mijn schoonvader, binnen de mogelijkheden, op een mooie manier uitgeleide kunnen doen.
We hebben aan drie verzoeken van de media medewerking verleend. Afgelopen donderdag kwam mijn schoonzus een paar keer aan het woord in ‘Danny op straat’, Mr. T. deed zijn verhaal bij ‘EenVandaag’ (alleen een geschreven artikel op internet, er is niet gefilmd, want dat wilden wij niet omdat ze ook tijdens de uitvaart wilden filmen) en mijn andere schoonzus en ik staan vandaag in het NRC. Er zijn ook media die we af hebben gewezen. Dat ging dan om lokale media of sensatiebladen.
We wisten dat we waarschijnlijk ook wel vervelende reacties zouden kunnen krijgen, want tja, wie zijn kop boven het maaiveld uitsteekt … En ja hoor, dat gebeurde ook. Op zich vind ik ‘inhoudelijke’ reacties nooit vervelend. Iedereen mag tenslotte denken wat hij/zij wil. Maar reacties die pijn doen (en waarvan de schrijver wéét dat ze pijn zullen doen), daar vind ik echt wel wat van. Wat zou het toch fijn zijn als zo iemand dan bij zichzelf denkt ‘misschien toch beter als ik die reactie niet plaats …’. Ach ja, what was I thinking.
Oh, en mocht je de betreffende artikelen al googelend niet kunnen vinden, mail me maar, dan stuur ik je de linkjes.